Leesstrategie
Bij elke tekstsoort hoort een bepaalde leesstrategie. Bijvoorbeeld voorspellen, skimmen, scannen en gedetailleerd lezen. Door snel de tekstsoort en de bijbehorende leesstrategie te bepalen, kun je tijd besparen op het examen.
Woordenboek
Gebruik het woordenboek slim. Dus alleen als het noodzakelijk is. Het kost namelijk veel tijd.
Bedenk of er een Nederlands of Duits woord op het Engelse woord lijkt, dat je op de juiste betekenis kan brengen. Zorg er dus voor dat je woordenschat groot is als je aan je examens begint.
Signaalwoorden
Leer de signaalwoorden en veel voorkomende woorden uit je hoofd, zodat je ze niet meer in het woordenboek op hoeft te zoeken. Signaalwoorden geven verbanden aan tussen de alinea's in de tekst.
Eerst vragen lezen
Lees eerst de vragen door, voordat je de hele tekst gaat lezen. Zo kun je gerichter zoeken naar antwoorden. Dat scheelt je tijd.
Oefenen - tv kijken
Leren is soms leuker 'op een beeldscherm' dan uit een boek.
Ga om te oefenen bijvoorbeeld aan de slag met www.oefenprogrammaEngels.nl (als jouw school deelneemt aan VO-content). Of kijk naar Engelse films en series. Hierdoor leer je (onbewust) nieuwe woorden en vergroot je je woordenschat.
Schrijven
Leer standaard zinnetjes uit je hoofd, bijvoorbeeld intro (waarom je de brief schrijft) of hoe je passend afsluit. Scan de inleiding bij de schrijfopdracht, zodat je weet wat het onderwerp is. Lees daarna de opdracht goed door. Houd je aan de gevraagde indeling van de brief. Lees je brief goed na. Let hierbij ook op het gebruik van hoofdletters (I, maanden, landen, talen...).