★ Aan de slag 2
Bekijk de tabel en beantwoord de volgende vragen:
- Hoeveel veldnamen kom je tegen in deze tabel?
- "Vertaal" de derde rij in de tabel naar een gewone Nederlandse zin.
- Op welke veldnaam is de tabel gesorteerd?
- Uit hoeveel records bestaat de tabel?
Hoeveel velden heeft ieder record?
- Er is één kolom waar ieder gegeven maximaal één keer kan voorkomen.
Welke kolom is dat?
- Waarom krijgt iedere leerling een administratienummer?