Voertuigen in het verkeer

De moderne auto wordt steeds intelligenter en hij neemt steeds meer taken van de bestuurder over. Dit zijn de eerste stappen in de ontwikkeling naar een volledig zelfrijdende auto.

Het is belangrijk om onderscheid te maken in de mate waarin de auto's zijn geautomatiseerd. Alleen als een auto geheel zelfstandig de weg kan vinden en alle taken zijn geautomatiseerd is er sprake van een volledig zelfrijdend voertuig: een autonoom voertuig. Daartussen liggen verschillende fases die gaan van “geen automatisering” tot “volledig geautomatiseerd”. Een veel gebruikte indeling om de verschillende niveaus van automatisering vast te leggen is van SAE International:

SEA International Driving Automation - Human driver

 

SEA International Driving Automation - Automated driver


Level 0: Geen automatisering.
Alle aspecten van het besturen van een voertuig worden uitgevoerd door de mens, waarbij er gebruik gemaakt kan worden van waarschuwings- of interventiesystemen, zoals lane departure warning en blind spot monitoring.


Level 1: Rijhulp.
De mens bestuurt het voertuig maar krijgt ondersteuning van computersystemen. adaptive cruise control valt in deze categorie. Wanneer je op de linkerrijstrook een auto inhaalt, zal de auto automatisch vertragen. Lane keeping assist valt ook in deze categorie, omdat dit systeem de auto geleidelijk naar de oorspronkelijke rijstrook stuurt wanneer je per ongeluk je baan verlaat. Op niveau 1 moet de bestuurder het overzicht op de situatie en de controle over het voertuig behouden.

Level 2: Gedeeltelijke automatisering.
Een combinatie van computersystemen is in staat zowel de snelheid als de besturing onder bepaalde omstandigheden te beheren, zoals het rijden op de snelweg. De hulpsystemen stemmen de snelheid af op de verkeerssnelheid en volgen de bochten in de weg in ideale omstandigheden. Maar de bestuurder moet te allen tijde aandacht besteden aan de rijomstandigheden en het voertuig onmiddellijk overnemen als de omstandigheden de beperkingen van het systeem overschrijden.

Bekijk de video over een level 2 systeem: Cadillac Super CruiseTM.

Level 3: Voorwaardelijke automatisering.
Deze systemen zijn aanzienlijk geavanceerder dan de voertuigen van level 2, omdat ze in staat zijn om de volledige verantwoordelijkheid voor het autorijden op specifieke delen van een reis op zich te nemen. Het wezenlijke verschil is dat het voertuig de rijomgeving om zich heen kan volgen. Dit type voertuigen is in staat zelf beslissingen te nemen. De mens moet klaar zijn om de controle terug te nemen wanneer het geautomatiseerde systeem daarom vraagt.

Bekijk de video over een level 3 systeem: Tesla Autopilot.

Level 4: Hoge automatisering.
Voertuigen kunnen een hele rit rijden en zelfs onbemand rijden, zelfs als de mens niet adequaat reageert op een verzoek om in te grijpen. Als er iets misgaat, kan het voertuig het zelf aan. De tussenkomst van de mens is vereist bij slechte weersomstandigheden of andere ongebruikelijke situaties. Auto’s beschikken nog steeds over een stuur en pedalen, zodat een menselijke bestuurder het over kan nemen wanneer dat nodig is.

Level 5: Volledige automatisering
Er is geen menselijke controle van een voertuig nodig. Voertuigen hebben geen pedalen, stuurwielen of bedieningselementen nodig voor een mens om de leiding te nemen. Mensen zijn niets anders dan vracht die de auto vertellen waar ze naartoe moeten. De auto kan altijd en overal rijden, onder alle omstandigheden.