In het voorafgaande hebben we aandacht besteed aan de snelheid van een communicatiekanaal, in termen van bandbreedte (bits per seconde) en vertraging (seconde).
Tot nu toe hebben we verondersteld dat het kanaal perfect (ideaal) is: de bits doorstaan het transport altijd ongeschonden.
In de praktijk is die aanname te optimistisch en moeten we rekening houden met allerlei soorten verstoringen.
Bijvoorbeeld: als we een miljoen bits oversturen, hoeveel van deze bits worden dan in het kanaal verminkt?
Als een bit verminkt wordt, betekent dat in deze context dat het van een 1 in een 0 verandert, of omgekeerd.
Deze verstoringen of fouten kunnen op verschillende manieren optreden.
We maken gewoonlijk onderscheid tussen homogeen verdeelde fouten en fouten die in "bursts" (uitbarstingen) voorkomen: een groot aantal verstoringen in korte tijd.
In een kanaal kunnen beide soorten verstoringen voorkomen.
Een voorbeeld van een "burst" error bij de communicatie in een klaslokaal: een overvliegende straaljager die maakt dat spraak tijdelijk niet gehoord wordt. |
Homogeen verdeelde bitfouten zijn een gevolg van "ruis" in het kanaal.
Afhankelijk van het ruisniveau van het kanaal, komen deze fouten vaker of minder vaak voor.
Sommige kanalen, zoals bedrade verbindingen, zijn redelijk tegen ruis af te schermen.
Voor verbindingen op basis van radiocommunicatie, zoals WiFi, is dat veel minder goed mogelijk.
Bij radiocommunicatie komen burstfouten door externe verstoringen ook veel vaker voor.
Een bekend voorbeeld is de magnetron, die in dezelfde radioband werkt als WiFi.
Er zijn twee manieren om de gevolgen van deze fouten te beperken, en de bits toch ongestoord over het kanaal te communiceren.