Volgens Wingerden en Kraus-Hoogeveen (2018) spreken we van een positief werkklimaat als medewerkers het klimaat ervaren als ondersteunend en uitdagend en samenwerking en betrokkenheid gestimuleerd worden. Hoe dit ervaren wordt, verschilt per persoon, maar er zijn volgens hen een aantal randvoorwaarden waaraan voldaan moet worden. Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat ieder persoon de behoefte heeft om in drie psychologische basisbehoeften te worden voorzien (Deci & Ryan, 1985; Deci & Ryan, 2000). Deze behoeften bestaan uit relatie, competentie en autonomie. Zij stellen dat het vervullen van deze behoeften noodzakelijk is om het menselijk potentieel te benutten en ervoor te zorgen dat mensen presteren, gezond blijven en gelukkig zijn.
Wingerden en Kraus-Hoogeveen (2018) stellen dat uitdaging op de werkvloer bestaat uit het stellen van doelen die duidelijk zijn voor de werknemer. Belangrijk hierbij is dat de doelen realistisch zijn, zodat men het gevoel heeft dat zij het verschil kunnen maken vanuit hun talent. Door het stellen van haalbare, realistische doelen ervaart een werknemer het gevoel van autonomie.
Om het werkklimaat ondersteunend vorm te geven, heeft de leidinggevende een belangrijke rol. Leidinggevenden kunnen hun werknemers autonomie bieden, voorzien van feedback, betrekken bij besluitvorming en het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden. Marleen Holtkamp beaamt dit tijdens het interview. Zij geeft aan dat leerkrachten een gevoel van invloed moeten hebben en het gevoel dat er naar ze geluisterd wordt. Er dient aandacht te zijn voor de persoon achter de leerkracht. Daarnaast is het van belang dat leidinggevenden hun medewerkers stimuleren om te werken vanuit hun talent, zodat zij een gevoel van competentie ervaren. Van der Vliet (2017) onderschrijft dat de rol van de leidinggevenden binnen een organisatie van groot belang is.
Het stimuleren en vormgeven van samenwerking binnen een organisatie draagt bij aan de derde basisbehoefte, namelijk relatie. Samenwerking, respect voor elkaar, op elkaar kunnen steunen zijn onderdelen die ervoor zorgen dat mensen met plezier naar hun werk gaan.
Tijdens het interview heeft Annemieke Schoemaker hierover ook informatie verteld. Zij noemde drie punten, namelijk: een fysiek goed werkklimaat, een veilig en prettig team en een goede organisatie. Bij een fysiek goed werkklimaat valt te denken aan de Arbo-omstandigheden, zoals een school met voldoende frisse lucht. Bij een veilig en prettig team is de rol van de leidinggevende belangrijk. Het is van belang dat leerkrachten terecht kunnen met problemen. Daarbij dient de teamcultuur open te zijn. De derde voorwaarde volgens Annemieke is een goede organisatie. De organisatie dient goede keuzes te maken en dit handig te regelen, waardoor er bijvoorbeeld geen verwarring ontstaat.
Marleen Holtkamp is het eens met het eerste punt van Annemieke (een fysiek goed werkklimaat) en voegt eraan toe dat er voldoende voorwaarden gecreëerd moeten worden, zodat leerkrachten geconcentreerd kunnen werken. Daarbij noemt Marleen dat leerkrachten gemakkelijk bij elkaar naar binnen lopen met vragen. Dit is prettig, maar dit zorgt er wel voor dat je minder geconcentreerd kunt werken. Ook zegt Marleen dat er een balans moet zijn tussen werk en privé. De leerkracht moet werk en privé gescheiden kunnen houden. Volgens Marleen staat het gedrag en de mindset van de leerkracht centraal in het al dan niet ontstaan van de werkdruk.