Paragraaf 4.2

De 13 Britse kolonies

In de eeuwen ervoor hadden Spanje, Groot-Brittannië en Frankrijk grote gebieden gekoloniseerd in Amerika. Spanje had Mexico overgenomen, De Britten de oostkust van Noord-Amerika en de Fransen de grote provincie; Louisiana.

In de Britse kolonies wonen verschillende volken. De kolonisten (geboren Amerikanen met Britse voorouders), De Afro-Amerikaanse slaven (afkomstig vanuit Afrika), de Inheemse volken (Indiaanse stammen) en de Britse overheersers (soldaten en politici die de kolonies in hun macht houden).

Frans en Indiaanse Oorlog (1754-1763).

Uiteindelijk komen de Fransen en Britten in Noord-Amerika in oorlog; De Frans en Indiaanse Oorlog (1754-1763). De Britten winnen deze oorlog en verjagen de Fransen en hun Indiaanse bondgenoten. Helaas koste deze oorlog veel geld, waardoor Groot-Brittannië in geldnoot kwam. De kolonies waren beschermd tegen de Fransen, dus moesten die kolonies maar belasting gaan betalen!

Het koloniale verzet

De Amerikanen waren het hier niet mee eens, aangezien zij niets te zeggen hadden in het Britse parlement, waardoor zij wel moesten betalen, maar niets te zeggen hadden over wat er met het geld gebeurde. Hier komt de bekende uitspraak “No taxation without representation” (geen taxatie zonder vertegenwoordiging) vandaan. De Britten willen toch hun geld, dus voeren verschillende wetten in:

-The Sugar Act: Amerika mag enkel Brits suiker importeren tegen een hoge prijs.
-The Stamp Act: Over elk document met een stempel werd belasting betaald.
-The Tea Act: Britse thee wordt zo goedkoop dan de Amerikaanse theehandel onderuit ging.

Het Bloedbad van Boston (1770)

De kolonisten werden boos en begonnen te protesteren. Zo'n protest liep in 1770 uit de hand in Boston, waardoor de kolonisten ruzie kregen met de Britse soldaten. Wanneer er stenen worden gegooid naar de Britten, schieten de Britten op de burgers.

 

The Boston tea party (1773)

De Amerikanen hadden de Britse thee geboycot (weigeren te kopen). Wanneer de Britten de haven van Boston blokkeren, komen The Sons of Liberty (zonen van de vrijheid) in opstand, verkleden zich als Indianen en gooien 10.000 pont aan thee in het water.

Het congres van de 13 kolonies (1774)

De kolonies wilden niet dat de situatie verslechterde. Ze schreven een brief aan koning George III van Groot-Brittannië om te vragen om de onredelijke wetten in te trekken. George III weigerde, aangezien hij die belastingen nodig had om zijn land weer economisch te herstellen. George stuurde nog meer Britse soldaten naar Noord-Amerika om orde op zaken te stellen.

De Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783)

Britse soldaten en de Amerikanen komen met elkaar in gevecht. Zo wordt er hard gevochten bij Lexington in 1775. De kolonisten lijken de oorlog te verliezen, tot de legeraanvoerder George Washington zijn leger over de Delaware rivier brengt en een verrassingsaanval pleegt in Trenton (december 1776). De Britten werden hierna steeds verslagen.

De Onafhankelijkheid

Het congres van de 13 kolonies waren op 4 juli, 1776, samengekomen om de onafhankelijkheidsverklaring te presenteren. The Founding fathers (de voorvaders) tekenden het document en riepen de onafhankelijkheid uit. Groot-Brittannië accepteerde deze onafhankelijkheid pas in 1783. Frankrijk daarentegen had de onafhankelijk gelijk erkend. De Britten waren namelijk de grote vijand van de Fransen.

De Grondwet

In 1787 kregen de Amerikanen de eerste grondwet. Hierdoor kunnen we de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog ook wel een democratische revolutie noemen. In deze grondwet stond hoe het land geleid moet worden en de rechten van de burgers. In de Bill of rights staan de grondrechten van de burgers, zoals: Gelijke behandeling, godsdienstvrijheid en vrijheid van meningsuiting.

Het bestuur

De dertien kolonies waren vroeger allemaal individueel. Ze hadden eigen wetten en regels. Nu vormen deze kolonies samen een bondsstaat, waarin alle staten wel individueel zijn maar een algemeen bestuur kennen over alle staten. De president is de leider van deze bondsstaat.

De Verenigde Staten heeft ook de driemachtenleer van de Verlichte denker; Montesquieu, overgenomen. Zo heeft de president de uitvoerende macht, die elke 4 jaar gekozen wordt. Het Congres (bestaand uit de Senaat en het Huis van afgevaardigden) heeft de wetgevende macht. Het Hooggerechtshof heeft de rechtelijke macht.

 

 

Het huiswerk: de vragen over de paragraaf

Schrijf deze vragen, inclusief antwoorden, op in je schrift.

  1. Waarom vonden de Britten het eerlijk dat de kolonies in Noord-Amerika belasting moesten gaan betalen? Benoem in je antwoord de Frans en Indiaanse Oorlog.
  2. Waarom waren de kolonisten het niet eens met de belastingbetalingen? Benoem in je antwoord  zowel de bekende uitspraak als de twee protesten in Boston.
  3. Geef een reden waarom de Amerikanen George Washington als eerste president zouden  hebben gekozen.
  4. Geef een reden waarom de Onafhankelijkheidsoorlog kan worden gezien als een democratische revolutie. Beschrijf in je antwoord wat de rol van the Bill of rights was in deze revolutie.