Sneeuwuil
Soort: uil
Nederlandse en wetenschappelijke naam: Sneeuwuil (Bubo scandiacus)
Uiterlijke beschrijving: ze zijn wit met zwarte vlekken, hebben een korte zwarte snavel, de poten zijn bedekt met veren. Ze zijn tussen de 55 en 70 cm groot.
Herkomst, biotoop en habitat: Ze komen voor in Alaska, Canada, Groenland, Scandinaviƫ, Rusland en Siberiƫ en in Nederland en Belgiƫ als dwaalgast. In de winter zitten ze het meest bij de kustgebieden, hier jagen ze op watervogels.
Samenlevingsvorm: De sneeuwuil leeft solitair en is monogaam.
Voedsel in de natuur: De sneeuwuil eet muizen, vogels, vis. Ze kunnen ook een vetreserve aanmaken, ze kunnen dan een maand zonder voedsel.
Uiterlijk met geslachtsbepaling en foto van mannelijke en vrouwelijk dier: een volwassen mannetje is sneeuwwit met enkele zwarte punten of strepen. De vrouwtjes zijn wit met zwarte vlekken
Huisvesting: deze vogels kan je eigenlijk niet in Nederland houden, het is hier te warm.
Voortplanting: Pas tegen het einde van de tweede levensjaar is de sneeuwuil geslachtsrijp. het vrouwtje broed op de grond en legt gemiddeld tussen de 7-9 eieren. Het mannetje verdedigt het territorium en het vrouwtje broedt de eieren uit. Na 30 dagen komen de jongeren uit. Met 5 weken vliegen de jongen korte afstanden en als ze 8 weken vangen ze al hun eigen prooi en in de herfst verlaten ze dan het nest.
Kenmerkend gedrag van de vogelsoort: vooral overdag actief
Dagelijkse en periodieke verzorging: Als je ze houdt dan zijn de dagelijkse verzorgingen: voeren, water.
Periodiek: nagels knippen en snavel eventueel bijknippen en het verblijf schoonmaken


Man vrouw