We hebben gezien dat het persoonlijk voornaamwoord meestal naar personen of dingen of dieren verwijst. Het bezittelijk voornaamwoord geeft een bezit aan. Ze staan meestal voor een zelfstandig voornaamwoord. Schematisch ziet het er nu zo uit.
Je ziet nu in de groene kolom dat mij/me, jou, en u persoonlijke voornaamwoorden zijn. In dse oranje kolom zie je dat mijn, jouw en uw bezittelijke voornaamwoorden zijn. Dit zijn de lastige gevallen omdat ze ongeveer hetzelfde klinken. Kijk maar eens naar de volgende zinnen.
U kunt uw antwoord het beste naar mij op mijn adres in Amerika versturen.
U= persoonlijk voornaamwoord verwijst naar persoon
Uw= bezittelijk voornaamwoord geeft bezit aan en staat voor een zelfstandig naamwoord
Mij = persoonlijk voornaamwoord verwijst naar persoon
Mijn= bezittelijk voornaamwoord geeft bezit aan en staat voor een zelfstandig naamwoord
Weet je al of die toets van jou door jouw docent is nagekeken?
Je= persoonlijk voornaamwoord
Jou=persoonlijk voornaamwoord
Jouw= bezittelijk voornaamwoord, geeft bezit aan en staat voor zelfstandig naamwoord
Hij weet me vast wel te vinden bij mijn moeder.
Me= persoonlijk voornaamwoord
Mijn= bezittelijk voornaamwoord, geeft bezig aan en staat voor zelfstandig naamwoord
Zoals we hiervoor al hebben gezien kan hun zowel een persoonlijk voornaamwoord als een bezittelijk voornaamwoord zijn. Kijk maar eens naar de volgende, ietwat rare zin.
Ik geef hun hun boek.
De eerste hun=persoonlijk voornaamwoord, meewerkend voorwerp. Je kan ook zeggen: ik geef aan hen hun boek.
De tweede hun= bezittelijk voornaamwoord, geeft bezit aan en staat voor een zelfstandig naamwoord.
Als je het toch nog lastig vindt, kan je onderstaand filmpje bekijken waarin een handig ezelsbruggetje wordt gegeven voor het gebruik van jou of jouw. Je kan dit ook gebruiken bij u of uw
Filmpje met uitleg. https://www.youtube.com/watch?v=Q-O410WupiE