Zojuist heb je de uitleg gelezen en beluisterd over het werkwoord, de persoonsvorm en het onderwerp. Je gaat nu oefeningen maken over het werkwoord en de zinsdelen. Lees hieronder de instructie, voordat je met de opdrachten begint.
Wat ga je doen?
Wat: maak alle opdrachten over het werkwoord, de persoonsvorm en het onderwerp.
Tijd: 25 minuten
Hulp: de website is zodanig gemaakt, dat jij de opdrachten zelfstandig kan maken. Als je een vraag hebt, vraag de docent dan om hulp.
Uitkomst: jouw antwoorden worden automatisch nagekeken door het programma. Van sommige opdrachten zijn jouw antwoorden later nog terug te lezen.
Klaar: maak de toets door op ''eindtoets'' te klikken in het menu.
Succes!