De Romeinen geloofden in veel goden en geesten.
De Joodse godsdienst gelooft in maar één god. En in een leven na de dood.
Veel Joden volgden Jezus in de tijd van de Romeinen.
Jezus vertelde dat Hij de Zoon van God was. En dat God de Schepper is van hemel en aarde.
De Romeinen en joodse geleerden waren bang voor de invloed van Jezus. Ze lieten hem daarom kruisigen. Na zijn dood stopte het christendom niet. Het nam alleen maar toe.
De groep van Jezus werd een van de grootste en belangrijkste godsdiensten van de wereld: het christendom. De aanhangers heten christenen.
Lees in de Kennisbank Christendom meer over Jezus van Nazareth en het christendom.
![]() |
Christendom |