Opdracht

Opdracht werktuigen IBS3.3 2019-2020

 

De afgelopen schooljaren heb je informatie gekregen van diverse werktuigen die gebruikt worden in het agrarisch loonwerk. Ook heb je tijdens de stages ervaring opgedaan tijdens het werken met verschillende werktuigen. Een onderdeel van de opleiding is dat je instructies kunt geven aan collega’s over het gebruik van machines en werktuigen. In deze IBS ga je werken aan vier instructiekaarten. Deze instructiekaarten moeten beknopt, maar volledig, weergeven hoe een collega met een machine/werktuig moet werken.

Je werkt in tweetallen aan de opdracht. Gedurende de lessen heeft de docent een begeleidende rol.

De instructiekaarten moeten in ieder geval over de volgende machines gaan:

 

  1. Bemestingsmachine (organische mest of kunstmest)
  2. Grondbewerkingsmachine (hoofdgrondbewerking, stoppelbewerking of zaaibedbereiding)
  3. Zaai- of pootmachine
  4. Oogstmachine

     

    Je kiest met je studiegenoot de machines uit waarvoor je een instructiekaart gaat maken. Je mag machines kiezen die op school, thuis of het BPV-bedrijf staan in overleg met de docent. De instructiekaarten moeten voorzien zijn van duidelijke afbeeldingen ter ondersteuning, een goed leesbaar lettertype en duidelijke eenduidige lay-out. De instructiekaarten moeten minimaal de volgende onderdelen bevatten:

     

beoordeling instructiekaarten werktuigen IBS3.3.pdf