Taal 1

Taalkunst

 

  • Presentie
  • Terugblik en vooruitblik
  • 1-minuut-vlog!

Taalkunst

Taal is in beweging. Er ontstaan nieuwe woorden, er verdwijnen woorden, er komen nieuwe betekenissen aan woorden, noem maar op. Denk aan nieuwe (werk) woorden als: liken, skypen, twitteren, etc. De woorden komen en gaan en dit zie je terug in de Dikke van Dale. Die nieuwe woorden, en dus de inhoud van de Dikke van Dale, zijn vaak aan afspiegeling van de maatschappij. Denk daarbij aan maatschappelijke of technologische ontwikkelingen en economische trends.

Lees en zie het artikel met filmpje van de NOS: http://nos.nl/artikel/2061322-beyoncevlieg-een-van-duizenden-nieuwe-woorden-in-dikke-van-dale.html

De Dikke van Dale geeft de betekenis van woorden weer. Hoe feitelijk wil je het hebben? En toch zijn ook simpele woorden weer verschillend te interpreteren. Afhankelijk van verschillende contexten, non-verbale communicatie, emoties, culturen, etc. Dat maakt taal ook zo bijzonder.

Met taal kun je woorden geven aan emoties, gedachten en situaties. Taal betekent voor elke doelgroep binnen SAW wat anders, maar heeft een belangrijke plek in het leven en draagt bij aan basisbehoeften. Denk aan het zorgen voor basisbehoeften (eten, drinken, slapen, verschonen en andere wensen), sociaal en emotionele aspecten (overleggen , samenwerken, vriendschappen, relaties, etc), ontwikkeling, zelfontplooiing en behoefte kenbaar maken.

Taal zorgt voor verbinding en is een expressievorm. En deze expressievorm, kan weer geïnterpreteerd worden door de ontvanger. En de ontvanger interpreteert het weer vanuit zijn eigen referentiekader. Er is wat dat betreft geen één waarheid.

 

Werkvormen passend bij ‘Taalkunst’, zie ‘Inspiratie en verder…’

 

Dichten

 

Een gedicht is een expressievorm met taal. Een gedicht is een tekst die tot poëzie behoort. Een gedicht kan en mag over van alles gaan. Een gedicht herken je aan kenmerken. Denk daarbij aan emoties, gebeurtenissen, gedachten, processen, etc. Vandaag gaan we onderzoek hoe je een creatief met taal kan zijn en hoe je een gedicht kan maken.

 

Tips om te dichten:

 

  • Jouw gedicht kan overal over gaan
  • Je hoeft gedichten niet te begrijpen, zelf jouw eigen gedicht hoef je niet te snappen. Er zijn zelfs gedichten die enkel gebaseerd zijn op klank en vorm
  • Fantaseer er lekker op los!
  • Een gedicht hoeft niet te rijmen
  • Schrijf korte regels en korte gedichten, zo komt elk woord en elke zin goed tot zijn recht.
  • Maak het gedicht overzichtelijk door gebruik te maken van alinea’s
  • Herhaal belangrijke woorden of regels. Zo leg je er nadruk op.

 

Een rijmschema is een schematische weergave van de rijm; hoe laat je de rijm terugkomen in het gedicht. De meest voorkomende zijn:

  • slagrijm: aaa/bbb
  • gepaard rijm: aa/bb/cc/
  • omarmend rijm: abba/cddc
  • gekruist rijm: abab/cdcd
  • gebroken rijm: abcd/defe
  • verspringend rijm: abc/abc

 

Handige websites

http://www.poezie-in-beweging.nl  , http://www.poeziepaleis.nl  , www.allesovergedichten.nl  , http://nl.wikihow.com/Een-gedicht-schrijven

Opdracht: ‘Van inspiratie opdoen tot een eigen gedicht’

Deze en volgende les ga je aan de slag met deze opdracht. De opdracht voer je individueel uit. Je gaat stapsgewijs werken aan een eigen gedicht. Aan het eind van de les worden de gedichten met 2D werk voorgedragen.

De opdracht begint met het opdoen van inspiratie aan de hand van onderstaande stappen:

  1. Verzamel verschillende teksten/drukwerk, zoals kranten, tijdschriften en folders.
  2. Verzamel woorden of zinnen die jou aanspreken en knip deze uit.
  3. Leg uitgeknipte woorden of zinnen naast en onder elkaar.
  4. Bedenk bij het rangschikken welk gevoel of welke boodschap je wilt overbrengen.
  5. Lees je knipselregels een aantal keer hardop.
  6. Knip en schuif tot je tevreden bent over inhoud. Het gaat nog niet om een compleet bericht.

Heb je genoeg inspiratie op gedaan? Ga verder met de volgende stappen!

  1. Verbind nu de losse woorden en zinnen tot een gedicht. Het hoeft niet te rijmen, maar het mag wel.
  2. Het is nu een kwestie van ‘bijschaven’: doorlezen, aanpassen, doorlezen, aanpassen, doorlezen, laten lezen (komt de boodschap over?), aanpassen, voorlezen of laten lezen, etc.

 

Ben je tevreden over jouw gedicht? Ga verder met de volgende stappen!

  1. Bedenk nu welk beeld past bij jouw gedicht.

Verwerk de boodschap en jouw beeld in een 2D werk (bv. tekening of schilderij).

Werkvormen passend ‘Dichten’, zie ‘Inspiratie en verder…’

 

 

  • Art Journal bijwerken
    Verwerk jouw opdrachten, ervaringen, gedachten, inzichten, etc. in jouw Art Journal.
  • 1-minuut-Vlog!

 

Verdere inspiratie en mogelijke werkvormen/opdrachten:

 

TAALKUNST

  • Associëren maar..!
    Bedenk een aanplakwoord. De eerste student bedenkt een samengesteld woord, zijn buurman hakt en plakt aan het eind een nieuw woord zodat een bestaand woord ontstaat. Voorbeeld: tafelpoot- pootaardappel-appeltaart…
  • ‘Stand-up
    Maak een korte stand-up/presentatie met de kernwoorden taal en expressie. Elk groepje krijgt een derde ander woord erbij. Bijvoorbeeld:
    • Groepje 1: taal, expressie, doelgroep
    • Groepje 2: taal, expressie, vergroten
    • Groepje 3: taal, expressie, gedichten

      of gebruik random woorden ter bevordering van creativiteit:
    • Groepje 1: taal, expressie, tafelpoot
    • Groepje 2 taal, expressie, fototoestel
    • Groepje 3: taal, expressie, reizen
  • Wat betekent Taal voor jou?
    • Wat betekent taal (woorden, zinnen, citaten, wijze spreuken, gedichten, etc.) voor jou? Schrijf dit op en ondersteun dit met een gekozen woord, zin of spreuk dat jou inspireert, raakt of veel voor jou betekent.
    • Wat betekent taal voor jouw doelgroep? Maak hiervoor een woordspin.
  • Wat weet jij?
    Lees samen het stukje ‘Mmke’ van Paulien Cornelissen: http://www.nrcnext.nl/columnisten/2008/01/24/mmmke/
    En dan gaat het nog maar om één woord. Schrijf voor jezelf een woord of zin op dat je op verschillende manieren kunt interpreteren. Overleg daarna met jouw buurman of buurvrouw. Bespreek dit klassikaal.
  • Spoken Word (fragment + artikel)
  • Spoken Word ‘Ik ben..’
  • Interpreteren van teksten
    • Luister klassikaal naar Typhoon met Hemel valt en bedenk individueel ondertussen individueel wat zijn boodschap zou kunnen zijn.
    • Bekijk klassikaal zijn reacties bij zijn eigen tekst: http://spraak-water.com/lobi-da-basi/hemel-valt . Bespreek dit gezamenlijk.
    • Luister nu individueel naar een liedje van dat jou aanspreekt en schrijf op hoe jij dit interpreteert. Wat zou zijn boodschap volgens jou zijn?
    • Zoek op internet de betekenis van het liedje op. Sites die je kunt gebruiken zijn: www.lyricinterpretations.com , www.spraak-water.com en www.songfacts.com . Al kun je natuurlijk ook gewoon googlen op de titel en ‘betekenis’. Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen jouw interpretatie en de achterliggende gedachte van de artiest?
       
  • Black-out poetry: http://www.flowmagazine.nl/things-we-do/black-out-poetry.html?platform=hootsuite
    "Ken je het fenomeen black out poetry, of in het Nederlands: stiftgedicht? Bij deze creatieve vorm van dichten pak je een oude bladzijde uit een boek of tijdschrift en kleur je deze in met een stift (of potlood) tot er nog een paar woorden over blijven. Die woorden vormen het gedicht."

 

DICHTEN

  • Werkvorm: ‘Aflevering + nabespreken’
    Kijk gezamenlijk naar een aflevering van klokhuis: Bespreek dit klassikaal na aan de hand van de volgende vragen:
    • Wat is volgens jou een gedicht?
    • Wanneer is het een goed gedicht?
    • Wat wil de schrijver met een gedicht bereiken? Bedenk minstens 3 doelen.
    • Noem drie vormen van gedichten.
  • Opdracht: ‘Twee dichtvormen, twee gedichten’
    Kies hiervoor twee verschillende dichtvormen:
    • Elfje (dichtvorm)
    • Limerick (dichtvorm)
    • Abecedarium, ook wel abeeceetje (dichtvorm)
    • Distichon (basistype om te rijmen)
    • Terzine (basistype om te rijmen)
    • Kwatrijn (basistype om te rijmen)
    • Kop en schotel (dichtvorm)
    • Evt. verschillende rijmschema’s
    • Twee dichtvormen: verdiep je twee dichtvormen. Beschrijf beide dichtvormen (kenmerken, regels, opvallendheden, etc.) en zoek per dichtvorm een voorbeeld.
    • Twee gedichten: schrijf nu twee eigen gedichten. Maak gebruik van de twee verschillende dichtvormen waarin je je hebt verdiept.
  • ….

 

Verhalen

 

  • Presentie
  • Terugblik en vooruitblik
  • 1-minuut-vlog!

Om gedichten te kunnen maken heb je kennis nodig van de theorie van poëzie. Daarnaast moet je in de stemming zijn om je te kunnen uiten.  Vandaag beluisteren we gedichten die uit het hoofd voorgedragen worden en je schrijft nieuwe gedichten. Je maakt naast de dichtkunst (poëzie) ook kennis met het schrijven van een verhaaltje (proza), door tekst te schrijven naar aanleiding van je gedachten.

We bekijken klassikaal de aflevering over poëzie: https://dewerelddraaitdoor.vara.nl/media/369031

Iedereen heeft een verhaal te vertellen. Bijvoorbeeld een levensverhaal, leuke anakdote,  of een fantasieverhaal. Als je een verhaal gaat bedenken, kun je verschillende methods gebruiken. Kijk ter inspiratie eens op: http://nl.wikihow.com/Een-kort-verhaal-schrijven

Opdracht: ‘Creatief denken en schrijven’

Laat je inspireren door een gekozen of zelfbedacht thema. Denk bijvoorbeeld aan; zomer, liefde, irritaties, wensen, oorlog, vluchteling, huis, kat, nagellak, spiegel, etc.

  • Schrijf je thema boven aan de bladzijde
  • Er is geen ‘fout’, durf te schrijven!
  • Als dat helpt, kies dan voor een uitdagende opbouw, bijvoorbeeld:
    • vroeger - nu – toekomst
    • positief – negatief
    • mijn kant – jouw kant
  • Succes!

Als je schrijft over een ander gebruik je de gewone omgangsregels en heb je respect voor elkaar. Je onthult geen geheimen, maar je mag wel je fantasie laten werken.

Opdracht: ‘Maak het beeldend’

Je hebt net een verhaal geschreven. Maak het nu beeldend. Dat mag in 2D of 3D en met verschillende materialen. Met dit beeld ondersteun je jouw verhaal.

Ideeën voor meer werkvormen, zie ‘Inspiratie en verder…’

 

  • Art Journal bijwerken
    Verwerk jouw opdrachten, ervaringen, gedachten, inzichten, etc. in jouw Art Journal.
  • 1-minuut-Vlog!

 

Verdere inspiratie en mogelijke werkvormen/opdrachten:

  • ‘Poëzie door de school’
    • Schrijf 12 elfjes op klad. Wees bij het schrijven je bewust dat je professioneel bent met de omgangsregels.
    • Kies de 5 beste uit en probeer deze allemaal op minstens 1 punt aan te passen om ze te verbeteren.
    • Schrijf de 5 elfjes op 5 post-its en plak ze ergens in je school, zodat anderen ze kunnen lezen.
    • Kies een plek die jij interessant vindt, denk daarbij aan plaatsen waar veel mensen komen (de hal, de wc, klaslokalen, kantine).
    • Volgende week kijken we welke er nog hangen. Na twee weken komen diegene die er nog hangen op een ereplaats!

Muziekgeschiedenis

Muziek als expressievorm

 

  • Presentie
  • Terugblik en vooruitblik
  • 1-minuut-vlog!

Muziek. Iedereen kent muziek, luistert muziek en sommigen van jullie maken misschien wel muziek. Muziek bestaat in alle soorten en vormen en je kunt aan van alles denken!

Introductiefilmpje: Evalution of Music


Sta op als je:

  • …graag luistert naar muziek
  • …weleens naar een festival , optreden/concert of muziek feest gaat
  • …je graag naar een bepaalde muziekstijl luistert
  • …je zelf een instrument bespeelt of op een andere wijze muziek maakt
  • …je vrienden hebt die in ‘de muziek’ zitten
  • …etc…etc..

Opdracht: ‘Muziekwoordspin’

Maak individueel een woordspin. Welke begrippen, categorieën of thema’s kunnen jullie bedenken? Bespreek dit in groepjes of klassikaal.

En: wat maakt muziek muziek? Wanneer is iets muziek? Denk aan instrumenteel, rap, klanken, zang, etc.

Bespreek de theorie over ‘muziek door de jaren heen’ (zie bijlage hierboven)

Opdracht: ‘Muziek als expressievorm’

Op welke wijze is muziek een expressievorm? Bedenk in tweetallen minstens 3 voorbeelden. Bespreek dit in groepjes of individueel.

Wat zijn volgens jullie doelen om muziek te maken? Bespreek dit klassikaal. Daarna kijken naar dit lijstje, al overlappen de doelen elkaar ook:

  • Emoties uiten
  • Verhalen vertellen (volksliederen, kampvuur, in poezië-vorm)
  • Feest/vermaak
  • Gekoppeld aan religie/overtuiging/cultuur (klankschalen, mantra’s zingen, geesten verdrijven, goden toezingen, lofzang, psalm etc.)
  • Creëren van verbondenheid
  • Protestsongs


Deze doelen kunnen besproken worden in de klas. Hebben jullie voorbeelden? Eventueel in duo’s of expertwerkvorm.

Voor voorbeelden, zie link hieronder (‘Muziek met een doel’).

 

Ter inspiratie: 'Kids react to Nirvana'

 

Opdracht: ‘Doelen van muziek’

Geef 10 voorbeelden van liedjes, muziekstukken of zangers. Beschrijf per voorbeeld het:

  • Doel
  • Naam artiest + naam componist
  • Titel van nummer/muziekstuk

Muziek stijlen en hun verhaal

  • Bedenk samen zoveel mogelijk muziekstijlen
  • Schrijf ze op het bord
  • Metal
  • Levens- en volksliederen (Nederlandstalig)
  • Punk
  • R&B
  • Klassiek
  • Rock
  • Folk- en wereldmuziek
  • Pop
  • Latin
  • Disco
  • Funk en soul
  • Blues
  • Jazz
  • Country/western
  • Reggae
  • Elektronisch (house, dance, techno, hardcore)

 

Voorbeeld: Blues

Koppeling slavernij, deel van de film laten zien…

History of blues: https://www.youtube.com/watch?v=vnaorRAxhmU (7.21 minuten)

Times like Deese: http://www.npo.nl/holland-doc/16-02-2012/VPWON_1158846 (126 minuten)

Opdracht: Muziek stijlen

Jullie kiezen of krijgen  per tweetal een muziekstijl en hierover bereid  je een korte presentatie (wees creatief; denk aan quiz, markt, spel maken, etc.) voor in groepjes. Jullie zorgen voor:

  • Korte en bondige informatie in eigen woorden van max 5 minuten over je muziekstijl
    • Geschiedenis
    • Muziekinstrumenten
    • Voorbeeld artiesten/grote namen
    • Kenmerken van de stijl (kleding, dans etc.)
  • Beeld
  • Geluid

Ideeën voor meer werkvormen, zie ‘Inspiratie en verder…’

 

 

  • Art Journal bijwerken
    Verwerk jouw opdrachten, ervaringen, gedachten, inzichten, etc. in jouw Art Journal.

 

  • 1-minuut-Vlog!

 

 

Verdere inspiratie en mogelijke werkvormen/opdrachten:

  • ‘Geluid van de groep’
    • We gaan het ‘geluid van de groep’ ervaren en ontdekken dat je ook muziek kunt maken zonder tastbaar instrument. Ter inspiratie kan er gekeken worden naar een filmpje van het bandje ‘HeyMoonShaker’. Dit is een ‘beatboxblues’ band met twee jongens die zijn begonnen als straatmuzikanten. à https://www.youtube.com/watch?v=OekEdf3NzKI of https://www.youtube.com/watch?v=MTynNQK7FI0

      Of kijk gezamenlijk naar de ‘Best Amazing dub step beatbox’ (indrukwekkend!) à https://www.youtube.com/watch?v=6CxW00CjivI
    • Ga staan in een kring en denk na over een geluid dat je zelf kunt maken (blazen, klappen, klikken, stampen, etc.). Diegene die in het midden staat is de ‘dirigent’ en bouwt het geluid op door studenten aan te wijzen die mogen beginnen met hun geluid. Dit houden ze vol totdat de ‘dirigent’ zegt dat je mag stoppen. De dirigent mag ‘spelen’ met het groepsgeluid door klasgenoten ‘harder’, ‘zachter’, ’aan’ of ‘uit’ te zetten. Spreek hiervoor van te voren signalen over af
    • Bespreek het na in de groep. Wat gebeurde er? Hoe was dit? Is dit een vorm van expressie? Waarom wel/niet?
    • Volgende ronde. Doe hetzelfde, alleen gebruik nu verschillende instrumenten!
      Denk bijvoorbeeld aan de BOOMWHACKER

 

Belang van spelen

 

  • Presentie
  • Terugblik en vooruitblik
  • 1-minuut-vlog!

Introductie filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=GUTM8xnh7DM (Doen is de beste manier van denken)

Klassikaal nabespreken.

Opdracht: ‘Belang van spelen’

Lees deze vragen door en bespreek ze voor:

  1. Welke doelen van spel worden er in de film genoemd door de onderzoeker?
  2. Welke vormen van spel zie je in de film allemaal voorbij komen?
  3. Denk terug aan jouw speelsituatie toen je peuter/kleuter/jong schoolkind was.


Schrijf in je Art Journal over jouw speelervaring waarvan je nog weet hoe, waar, wanneer en met wie je speelde. Beschrijf je emoties die je bij het spelen ervoer en je keuzes die je maakte. Beantwoord de volgende vragen in verhaalvorm:

a.       Wat deed jij het liefst met buiten spelen?

b.       Welke spelletjes speelde je binnen?

c.       Met wie had jij veel plezier tijdens het samen spelen?
        
(buurkinderen, klasgenoten, de buurt, broertjes of  zusjes)

d.       Welke liedjes zong je?

e.       Wat maakte jij graag? (knutselen, bouwen)

f.        Hoe ontdekte jij de wereld? (rollenspel, insecten vangen, "de kleine onderzoeker", vies worden/scouting)

g.       Wat was je favoriete speelgoed?

h.       Heb je een leuke foto waar je op staat terwijl je aan het spelen, zingen of knutselen bent? Plak hem in je
        
Art Journal

 

Kijk daarna: This is me, article 31 and a child’s right to play

Beantwoord individueel de vragen.

Materiaalgebruik

Hoe creatief spelen kinderen met onbestemd materiaal?

Bekijk het volgende filmpje: https://www.youtube.com/watch?v=nqi1KyJJeKg (Scrapstore Playpods in Action)

Wat vind jij hiervan?

Participatie

Leuke activiteiten verzinnen, dat is de taak van…?

Bedenkt het samen! Bij participatie zorg je vooral dat je  deelnemers de ruimte moet geven.

Waarom is participatie belangrijk?

Participatie geeft zelfvertrouwen en het stimuleert de betrokkenheid. Het geeft begeleiders veel informatie over wat de deelnemers leuk vinden en graag willen doen. ‘De ruimte geven’ betekent niet dat je als begeleider alle touwtjes uit handen geeft; ze hebben je hard nodig om:

  • Te leren omgaan met hun vrijheid
  • Gestructureerd te leren plannen en organiseren
  • Creatief te leren denken
  • Te leren verwoorden wat ze bedoelen
  • Te leren samenwerken

Opdracht: Bedenk een spel met verschillende materialen

 

Doel

Een spel bedenken aan de hand van random materialen.
Een bal vraagt een andere dynamiek dan een dobbelsteen. Als je alleen speelt hoef je niets af te spreken over samenwerken. Wel komt elk spel beter tot zijn recht in de speelruimte die de rust of uitdaging biedt, met of zonder zitplaatsen en tafel.

 

Benodigdheden

  • De zaal verdeel je in 4 ruimtes
  • Verschillende materialmen; ga maar op zoek en wees creatief!
  • Papier en pen om de regels op te schrijven

 

Materialenvoorbeelden

  • Een tafel waarop een pakje kaarten ligt
  • Een grote doek met een bal, of ballonnenjeu- de- boules ballen en pionnen
  • 5 tafeltennisbadjes en 5 tafeltennisballen

 

Praktische uitvoering

  • De groep wordt verdeeld in vieren. Elke groep krijg een  korte tijd om met het gegeven (of zelf gezochte) materiaal een spel te bedenken.
  • Spreek met je groep af: een naam voor het spel, het doel van het spel, de regels, of je punten scoort of niet. Daarna speel je het spel met je groep.
  • Herhaal dit bij alle materialen.
  • Elke groep showt aan het eind, aan de klas, een originele keuze van een van de spellen. Dit wordt gebruikt voor de vlog.

 

  • Art Journal bijwerken
    Verwerk jouw opdrachten, ervaringen, gedachten, inzichten, etc. in jouw Art Journal.
  • 1-minuut-Vlog!

 

 

Verdere inspiratie en mogelijke werkvormen/opdrachten:

 

  • ….

 

 

  • Welkom + kennismaking
  • Uitleg:
    • Module A (oefenopdrachten) + Module B (examenopdrachten)
    • Lessenserie
    • Wiki
    • Eindproducten
    • Zelfstudie opdrachten
  • Planning bekijken en bespreken (belangrijke data in de agenda)
  • Bespreken & brainstormen over mogelijkheden expressie-uitstapjes
  • Indeling wekelijkse ‘1-minuut-Vlog’

 

Verschillende werkvormen ter inspiratie;

  • Sta op als….
  • Maak groepjes (op basis van opleiding, hobby’s, bijbaan, etc.)
  • Binnenkring – buitenkring of muziek aan, muziek uit; in tweetallen elkaar interviewen over vakantie, dromen, doelen, werk, vrienden, etc.
  • Etc.

 

Opdracht 1 : ‘Oriëntatievragen’

 

Beantwoord de oriëntatievragen. Zo krijg je een idee waar we de komende tijd mee bezig gaan. Ook verdiep  je je alvast in het project van deze module.

Bespreek dit klassikaal.

Opdracht 2: 'Groepsfoto'

 

  • Maak je naam in handlettering.
  • Maak als een mindmap afbeeldingen op de volgende vragen om naam heen:
    • Wat vond je in de vorige module het leukste thema?
    • Welk thema lijkt je deze periode het leukst?
    • Wat wil je deze keer ontwikkelen? (Expressie thema, vaardigheid, kwaliteit etc.)
  • Ga met de hele klas op de foto met jullie naamborden.

 

  • Art Journal bijwerken
    Verwerk jouw opdrachten, ervaringen, gedachten, inzichten, etc. in jouw Art Journal.
  • 1-minuut-Vlog!

 

Verdere inspiratie en mogelijke werkvormen/opdrachten:

 

  • ….
  • ….
  • ….