Met het scannen heb je bepaald welke delen van de tekst voor jou van belang zijn en ga je die delen lineair lezen, van begin tot eind.
Markeer interessante stukken, onderstreep definities, zet een uitroepteken bij belangrijke tekst, een vraagteken bij wat je nog wilt uitzoeken.
Zoek de betekenis op van onbekende woorden. Zo begrijp je de tekst beter. Bovendien: hoe meer woorden je kent, hoe sneller je ook weer nieuwe teksten kunt doorwerken.
Beantwoord kort je oorspronkelijke vraag. Hoe zou je het aan iemand anders vertellen?
Maak een mindmap als samenvatting om de aspecten, eigenschappen en relaties te vangen.