Stap 3: Karakter van landschappen

Slim gebruik maken van het dynamisch karakter van landschappen

Landschappen krijgen hun vorm en karakter door de wisselwerking tussen geografische factoren. Mensen weten van dat dynamische karakter van landschappen gebruik te maken door landbouw te bedrijven met een slim gebruik van de plaatselijke omstandigheden. Lees een voorbeeld hiervan in de onderstaande tekst:

Tiahuanaco’s waren slimme boeren
De Altiplano is een hoogvlakte in de Andes, aan weerszijden van de grens tussen Bolivia en Peru. Op die vlakte ligt het Titicacameer. De vlakte heeft een klimaat dat trekjes heeft van een hooggebergteklimaat. Het waait er vaak hard en ’s nachts daalt de temperatuur regelmatig tot onder het vriespunt. Ook varieert de hoeveelheid neerslag die er valt sterk van jaar tot jaar. In sommige jaren valt voldoende regen voor de gewassen, in andere jaren verdorren de gewassen min of meer en valt de oogst schraal uit. Ten slotte vallen op de Altiplano vaak hagelbuien die schade aanrichten aan de gewassen. Toch slaagden de Tiahuanaco’s, een volk dat op de hoogvlakte leefde, erin om tussen de 1e en 12e eeuw na Chr. op die hoogvlakte landbouw te bedrijven. Ze bouwden een beschaving op die ongeveer duizend jaar lang floreerde.

Ze gingen als volgt te werk:

Rondom het Titicacameer legden boeren verhoogde velden aan. Eerst legden ze een laag klei op de bodem die vrijwel geen water doorlaat en daarbovenop een laag grind en zanderige grond die water kan vasthouden. De velden waren vijf tot tien meter breed en 200 meter lang. Tussen de velden groeven ze greppels. De landbouwers vulden de greppels met water dat ze via natuurlijke geulen en kanalen aanvoerden uit de heuvels in de buurt.

Lake Titicaca

Samen vormden de greppels, geulen en kanalen een irrigatiesysteem waarmee de gewassen beschermd werden tegen de gevolgen van een langdurige droogte. De boeren voerden steeds zoveel water aan als nodig was om de bodem van de velden voldoende vochtig te houden. Uiteindelijk werd het water in het irrigatiesysteem via aquaducten naar het Titicacameer afgevoerd.

Het water in de greppels hield ’s nachts de warmte vast die overdag werd opgenomen. Die warmte gaf het af aan de lucht boven de velden zodat de temperatuur boven het vriespunt bleef en de gewassen geen vorstschade opliepen. In de greppels leefden waterplanten, vissen en eenden. Die vormden als ze stierven een laag organisch materiaal op de bodem van de greppels. De boeren haalden dat materiaal uit de greppels en verspreidden het over de velden zodat de bodem ervan vruchtbaar bleef.

Aan deze vorm van landbouw kwam rond 1100 na Chr. een einde door een klimaatverandering in het gebied.

Bron: Nigel Calder, ‘Ruimteschip Aarde, Satellietverkenningen van onze planeet’, Stichting Teleac, Utrecht, 1991, Pagina’s 198-200.

Opdracht: Mindmap

Maak aan de hand van de brontekst een mindmap met de namen van geografische factoren die de Tiahuanaco-boeren gebruikt hebben en met de namen van andere geografische factoren die door dit gebruik veranderd zijn.

Hoe je een mindmap maakt, kun je bekijken in de Gereedschapskist hieronder.

Mindmap maken

Woorden bij een onderwerp bedenken en met elkaar verbinden.