In deze en de volgende stap ga je ontdekken, waarom de drie Amerikaanse steden min of meer kosmopolitisch en multiraciaal zijn.
Na 1924 komen er nog steeds immigranten naar New York, Washington en Los Angeles. Internationale ondernemingen vestigen zich in deze steden en scheppen werkgelegenheid. Dat maakt deze steden op economisch gebied tot wereldsteden, en daarmee aantrekkelijk voor migranten die een goedbetaalde baan zoeken.
Maar New York en Washington zijn ook om een andere reden aantrekkelijk geworden voor buitenlandse migranten: beide steden zijn ook op politiek gebied wereldsteden geworden.
Buitenlandse migranten krijgen als ze naar Los Angeles komen hulp via migrantennetwerken. Dat zijn informele netwerken van familieleden die al in de stad wonen en/of migranten die oorspronkelijk uit dezelfde streek kwamen als de nieuwkomers. Deze netwerken zorgen voor de eerste opvang en voor werk. Nieuwkomers vinden hun eerste baan vaak in de informele sector, het deel van de economie dat verborgen is voor bureaus die economische statistieken bijhouden (zoals inkomensverdeling en werkgelegenheid) en voor instanties die belastingen heffen.
In 1965 nam de toestroom van buitenlandse migranten enorm toe, vooral in Los Angeles en ergens anders in de staten langs de grens met Mexico.
Kijk naar de video.
Lees de eerste paragraaf van de tekst ‘U.S. Immigration Since 1965’