Rechte lijnen zijn er in alle soorten en maten. De standaard-formule bestaat uit een richtingscoëfficiënt en het snijpunt met de
-as. Je kunt de vergelijking ook omschrijven, door bijvoorbeeld links en rechts met hetzelfde getal te vermenigvuldigen, maar de lijn blijft dezelfde. Er zijn 'speciale' rechte lijnen; de verticale lijn, de horizontale lijn en de lijn door de oorsprong. Deze hebben bepaalde eigenschappen. Wanneer twee lijnen loodrecht op elkaar staan hebben hun richtingscoëfficiënten een speciale eigenschap. Naast zogenaamde loodlijnen hebben we ook nog middelloodlijnen.
Al deze soorten rechte lijnen komen in deze paragraaf voorbij. Ook leer je hoe je de omgeschreven cirkel maakt en hoe je het middelpunt ervan kan bepalen.