DNA, chromosoom, gen

DNA is een stof die zich in de celkern van elke cel in je lichaam bevindt.

De informatie voor je ‘zichtbare’ eigenschappen die in codetaal ligt opgeslagen op je DNA, is verdeeld over meerdere DNA-moleculen.

Elk soort organisme heeft een vast aantal DNA-moleculen in z’n celkernen.

Zo heeft de mens 46 DNA-moleculen in elke celkern.

Een DNA-molecuul is erg dun en lang.

Om te voorkomen dat de verschillende DNA-moleculen in de war raken, zitten er eiwitten aan de DNA-moleculen gebonden.

Een eiwitgebonden DNA-molecuul noem je een chromosoom.

Mensen hebben dus 46 chromosomen in elke celkern.

Eén stukje van een chromosoom bevat (een deel van) de informatie voor één (soms meer) erfelijke eigenschap(pen).

Zo’n stukje chromosoom met informatie voor één erfelijke eigenschap noem je een gen.