Inleiding (Marian)

(Marian)

Leerlingen

Deze richtlijn voor een curriculum Digitale Geletterdheid is voortgekomen uit de wens van scholen om leerlingen bewuster, efficiënter en effectiever met digitale middelen om te leren gaan. Het is dan ook een richtlijn geworden die door meerdere scholen in het Voortgezet Onderwijs gebruikt kan worden. Op basis van onze ervaring uit een aantal good practices, kan iedere school hier een eigen invulling aan geven.

Docenten en ouders

Eén van de uitgangsplunten is dat Digitale Geletterdheid niet iets is alleen voor leerlingen, maar ook voor docenten én ouders. De wijze waarop ouders thuis maar ook op school met digitale middelen omgaan heeft invloed op hun kinderen: denk bijvoorbeeld aan het maken en delen van foto's en filmpjes met de mobiele telefoon. Het is vanzelfsprekend dat docenten ook voldoende digitaal geletterd dienen te zijn. Maar het betrekken van ouders heeft ook een positieve invloed op hetgeen er op school aan Digitale Geletterdheid wordt gedaan.  Kortom: een totaalaanpak blijkt het meeste effect te hebben.

Elke school kan in de volgende onderdelen die zaken aanpassen, eruit halen of juist toevoegen of anders indelen, zoals de school dat wil. Dit is vaak afhankelijk van het stadium waarin de school zich bevindt m.b.t. het invoeren van digitale leermiddelen.

Gaat het nu nog om een pilot in een enkele klas of is de invoering al breder ingezet? Worden digitale leermiddelen in een paar vakken gebruikt of is ook hier sprake van een brede inzet in meerdere of misschien alle vakken?