Nu je weet waarom mensen sparen, is het goed om te kijken naar het tegenovergestelde: lenen.
In alle reclamespotjes die gaan over 'geld lenen' staat vermeld dat geld lenen, geld kost. Dus als jij een nieuwe auto wilt gaan kopen voor 1.000 euro, kan je dat lenen bij de bank. Dit kost je alleen 100 euro extra, omdat er 10% rente bij zit. Het product wat je wilt kopen, de auto, wordt dus duurder. Waarom zouden mensen dan lenen?
Hierbij komt het begrip ruilen over de tijd om de hoek kijken. Omdat jij nu de auto wilt kopen, moet jij nu het geld hebben. Daar zit een prijskaartje aan: de rente. Je kon er ook voor kiezen om te sparen voor de auto, maar dat kost tijd.
De overweging om te gaan lenen wordt dus gemaakt met de vraag: Hoeveel is mij die tijd waard?
Stel je voor dat kiest voor scenario 1. Sparen. Dan loop jij het risico dat de auto al verkocht is.
Dan is er scenario 2. Lenen. Dan loop jij het risico dat jij later de rente niet kunt terug betalen.