Het zweren van Allāh wordt ook wel qasam Allāh genoemd.
In de Qur'ãn zweert Allāh bij veel dingen, waaronder Zichzelf. Het doel hiervan is om een argument te versterken en te ondersteunen, maar ook om twijfels bij de mensen weg te nemen die de Qur'ãn lezen of ernaar luisteren. De ãyāt (verzen) waarin wordt gezworen beginnen vaak met 'wa' of 'lā uqsimu'.
Een aantal voorbeelden:
Maar nee, bij jouw Heer. Zij zullen jou niet geloven... (al-nisā' 4:65)
Ik zweer bij de dag der opstanding. En Ik zweer bij de zelfverwijtende ziel. (al-qiyāma 75:1-2)
Ik zweer dan bij wat jullie zien. En bij wat jullie niet zien. (al-ḥāqqa 69:38-39)
Ik zweer bij dit land (Makka). En jij bent vrij in dit land. En bij een ouder en wat hij heeft verwekt. (al-balad 90:1-3)
Bij de zon en haar ochtendlicht. Bij de maan wanneer zij deze (de zon) opvolgt. Bij de dag wanneer hij deze (de zon) zichtbaar maakt. Bij de nacht wanneer hij deze (de zon) bedekt. Bij de hemel en Degene Die deze heeft gebouwd. Bij de aarde en Degene Die haar heeft uitgespreid. Bij de ziel en Degene Die haar heeft gevormd. (al-shams 91:1-7)
Bij de nacht wanneer deze (de dag) bedekt. Bij de dag wanneer deze verschijnt. Bij de schepping van de man en de vrouw. (al-layl 92:1-3)
Bij het ochtendlicht. Bij de nacht wanneer deze stil (en donker) wordt. Jouw Heer heeft jou (O Muḥammad) niet verlaten en Hij haat jou niet. (al-ḍuḥá 93:1-3)
Bij de vijg en de olijf. Bij de berg Sinaï. Bij dit veilige land (Makka). Voorzeker, Wij hebben de mens in de beste vorm geschapen. Vervolgens voerden Wij hem naar het laagste van het laagste. (al-tīn 95:1-5)