Communicatie Hoofdstuk 13
13.2 Luisteren
Is een belangrijk communicatieve vaardigheid.
Bij actief luisteren probeer je je echt te verplaatsen in de situatie van de ander. Je laat in je luisterhouding verbaal en non-verbaal duidelijk merken dat je de ander begrijpt.
Dit komt tot uiting in:
Reacties als ‘Dat kan ik me goed voorstellen’ of ‘Dat begrijp ik’.
Knikken en hummen.
Oogcontact en luisterhouding.
Reacties waarin je de gevoelens of de behoeften van de ander verwoord.
13.3 Actief luisteren
Als je naar een zorgvrager luistert die ergens mee zit, is het belangrijk om niet te snel te zeggen: ‘Ik begrijp wat he bedoelt’, of: ‘Ik kan het me goed voorstellen’.
Is een manier van luisteren waarbij je in je reactie het gevoel of de behoefte van de ander verwoord.
Wordt ook wel empathisch luisteren genoemd. Is het vermogen van om je te verplaatsen in de gevoelens- en belevingswereld van een ander.
Actief luisteren houdt in dat je:
Hoort wat de ander zegt, maar ook hoort hoe de ander iets zegt.
Ziet hoe de ander erbij kijkt, hoe hij zit en welke non-verbale signalen hij uitzendt.
Je inleeft in de situatie van de ander, even in de huid van die ander probeert te kruipen.
Luistert naar wat de ander echt bedoelt te zeggen.
De gevoelens en behoeften van de ander in je reactie weergeeft.
13.3.1 Wanneer is actief luisteren nodig?
Je hoeft niet in alle situaties actief te luisteren. Actief luisteren is belangrijk als:
De ander je iets belangrijks vertelt waar hij vol van is.
De ander je iets vertelt wat veel emoties oproept.
De ander je iets vertelt wat verwarring of onzekerheid met zich meebrengt.
Je niet zeker weet of je begrijpt wat de ander bedoelt.
Is niet nodig als de ander een praktisch probleem heeft.
13.3.2 Kern van actief luisteren gevoelens verwoorden
Actief luisteren vraagt van je je oordelende kant tijdelijk uitschakelt.
Je eigen normen komen snel naar boven dus het is moeilijk maar het moet.
13.4 Feedback
Goede samenwerking kan niet zonder goede communicatie.
Samenwerken betekent: regelmatig met elkaar overleggen, informatie overbrengen, aangeven wat je wilt en taken op elkaar afstemmen.
Door de ander een feedback te geven, informeer je de ander hoe je zijn gedrag waarneemt en ervaart. Betekent letterlijk terugkoppeling. Dat is precies wat je doet: je koppelt terug hoe het bij jou overkomt wat de ander doet.
13.4.1 Aandachtspunten bij feedback geven
Als je feedback geeft, is het belangrijk op de volgende zaken te letten:
Geef alleen feedback vanuit jezelf. Praat in de ik-vorm.
Geef in de feedback je eigen gevoelens e ]n gedachten weer.
Beschrijf in je feedback het gedrag van de ander.
Geef de feedback zo snel mogelijk.
Feedback mag nooit als doel hebben de ander ‘terug te pakken’.
Houd je feedback functioneel.
Sta open voor de reactie op je feedback.
Zorg ervoor dat irritaties zich niet opstapelen.
Bedenk dat je nooit ander gedrag kunt afdwingen bij anderen.
Met positieve feedback bereik je meer dan met negatieve feedback.
Ik + gedrag van de ander + mijn gevoelens en gedachten à dit zijn de 3 elementen van een feedback.
Je kunt je feedback gerust iets uitgebreider vertellen. Maak het wel niet al te lang.
13.4.2 Aandachtspunten bij feedback ontvangen
Iemand die feedback krijgt, wordt soms boos: hij accepteert de feedback niet en gaat in de tegenaanval. Dit is geen goede manier van reageren op feedback. Als je feedback ontvangt, is het belangrijk dat je op de volgende zaken let:
Als je feedback krijgt, luister dan goed naar wat er wordt gezegd.
Vraag om verduidelijking als iets je niet duidelijk is.
Geef aan wat je van de feedback vindt.
Probeer ten slotte iets met de feedback te doen.