Slaap en waak ritme

Slaap-waakritme

Slapen is een fysiologische toestand van een verlaagde bewustzijnsgraad en aanspreekbaarheid. Het is een activiteit van de hersenstam. De hersenstam heeft als functie om het slaap-waakritme in evenwicht te houden. Zodra iemand niet heeft kunnen slapen, door welke oorzaak dan ook, beseft hij dit door overdag zich minder actief en fit te voelen. Tijdens het slapen rust de mens uit. Slapen geeft geestelijke, emotionele en lichamelijke ontspanning.

De biologische klok speelt ook een rol in de behoefte aan slaap en activiteit. Bijvoorbeeld bij de wisseling van de seizoenen of als de klok verzet wordt van winter naar zomertijd. Het biologische ritme wordt dan verstoord. De behoefte aan slaap verschilt per persoon en leeftijd.

De slaap kent verschillende fasen. Bij de normale slaap komen deze fasen vijf tot zes keer per nacht voor. Eenmaal in slaap is er geen controle meer over de gedachten. Een slaapcyclus duurt ongeveer zo´n 90 minuten. De slaapcyclus is te verdelen in drie fasen. Vaak eindigt een cyclus met de remslaap.

 

Verschillende slaapfasen:

 

Eerste fase:

Doezelen. Deze fase duurt bij de meeste mensen drie tot vier minuten. Er is het gevoel in slaap te vallen, zonder dat echt bewust te zijn. De ogen beginnen te draaien, en de hersenactiviteit is heel laag. Deze fase wordt tot de slaap gerekend.

 

Tweede fase:

Lichte slaap. Als iemand in de fase verkeert kan hij nog makkelijk wakker worden van bijvoorbeeld omgevingslawaai. Deze fase duurt ongeveer een half uur. Delen van gedachten kunnen actief zijn in de hersenen. De spieren verslappen nog meer. Na een tijdje krijg je de slaper moeilijk wakker.

 

Derde fase:

Diepe slaap. In deze fase zijn de spieren helemaal ontspannen. Het hartritme en de bloeddruk daalt, de ademhaling is regelmatig en de lichaamstemperatuur daalt. Deze slaap wordt ook wel sws (slow-wave-slaap) genoemd, omdat de hersengolven heel langzaam worden. In deze fase rust iemand het meeste uit.

 

Vierde fase:

Diepste slaap. In deze fase vinden ook slow waves plaats. Om die reden wordt deze ook de sws fase genoemd. In deze fase is het moeilijk om iemand wakker te krijgen. Als de persoon wel wakker gemaakt wordt in deze fase, kan hij verward en gedesoriënteerd zijn. De sws (derde en vierde fase samen) duurt ongeveer een uur.

 

Vijfde fase:

Remslaap (dromen). Rem staat voor rapid eye movements, ofwel snelle oogbewegingen. Aan de oogleden is te zien dat iemand zich in de remslaap bevindt. In deze fase vertonen de hersenen net zoveel activiteiten als overdag. In de remfase kan iemand gemakkelijk wakker gemaakt worden.

 

Slaapstoornissen

Slaapstoornissen komen veel voor. Er zijn speciale slaapcentra die zich bezighouden met onderzoek en diagnose van slaapstoornissen. Het is niet altijd zo dat mensen weinig slapen; ze kunnen ook te veel slapen. Met diverse oefeningen leren mensen om de gedachte te stoppen. Soms wordt lichttherapie voorgeschreven om depressie te behandelen, want daardoor kan uiteindelijk een slaapprobleem verholpen worden. Deze therapieën worden individueel en in groepsverband gegeven. Slaapstoornissen zijn te onderscheiden in stoornissen naar tijd en oorzaak.

 

Slaapstoornissen naar tijd:

- Inslaapstoornissen: in de meeste gevallen spelen emoties als angst, zorgen en verdriet een grote rol. Omgevingslawaai kan ook een oorzaak zijn.

- Doorslaapstoornissen: mensen die depressief zijn, hebben hier vaak last van. Ze slapen niet door, maar slapen korte stukjes. Het gevolg hiervan dat mensen het gevoel hebben moe wakker te worden.

- Zeer vroeg wakker worden: vooral ouderen mensen hebben hier last van. Het gevolg is dat ze onvoldoende uitgerust zijn als ze opstaan. Een oorzaak kan zijn dat ouderen mensen soms te veel overdag slapen.

- Slaapapneu: iedereen snurkt wel eens. De oorzaak is van snurken heeft te maken met de luchtwegen die achter in de keel vernauwen. De lucht passeert met enige moeite langs de vernauwing, wat het snurk geluid veroorzaakt. Het kan gebeuren dat de vernauwing zo klein wordt, dat er helemaal geen lucht de longen meer inkomt. Het zuurstofgebrek in de hersenen zorgt ervoor dat de slaper met een schok en vaak een harde snurk wakker schrikt en weer verder kan ademen. Als hier sprake van is, dan heeft de persoon apneu.

- Narcolepsie: het belangrijkste symptoom van mensen met narcolepsie is slaperigheid en haast onbedwingbare slaapaanvallen overdag. Mensen hebben last van geheugenstoornissen en concentratieproblemen overdag. Narcolepsie is niet te genezen. Mensen moeten ermee leren leven.

- Nachtmerries: dit zijn extreem angstige dromen met negatieve emoties waaruit de dromer meestal wakker schrikt.

- Slaapwandelen: wandelen tijdens de slaap. Als mensen dit zien lijkt het alsof de slaper wakker is. De persoon weet her zelf niks van. Dit komt vaker voor bij kinderen dan bij volwassenen. Erfelijkheid speelt hierbij ook een rol. Mensen die slaapwandelen hebben een slechte coördinatie en hebben niet altijd controle over hun handelen. Hierdoor kunnen ze vreemde dingen doen en zichzelf in gevaar brengen.

 

Slaapstoornissen naar oorzaak ( secundaire slaapstoornissen )

- Psychogene slaapstoornissen: hieraan lijden mensen die overspannen zijn of een angststoornis hebben.

- Organische stoornissen: de oorzaak hiervan is vaak een ziekte of ongeval van de hersenen.

- Symptomatische slaapstoornissen: pijn is een symptoom. Mensen die door wat voor oorzaak dan ook pijn hebben, slapen vaak slecht.

- Toxische slaapstoornissen: deze worden veroorzaakt door vergiftigingen. Bepaalde medicijnen maar ook koffie zijn hiervan de oorzaak.

 

Slaapgewoonten

Om goed te kunnen slapen, heeft de mens een regelmatig slaap-waakritme nodig. Een keer daarvan afwijken is geen probleem. Gebeurt dit vaker, dan kan een verstoord slaap-waakritme ontstaan. Deze verstoring heeft een aantal gevolgen:

- Sneller geïrriteerd raken

- Desoriëntatie

Voor een goede nachtrust is een vertrouwde omgeving vaak zeer belangrijk. Een slaapkamer moet geborgenheid bieden en behaaglijk zijn. Als je op vakantie gaat heb je meestal een slechte eerste nacht, omdat je moet wennen aan de nieuwe omgeving, een ander bed en vreemde geluiden. Als een zorgvrager niet meer thuis kan slapen voor een langere periode, dan is het verstandig om een vertrouwbare omgeving te creëren. Bijvoorbeeld door spulletjes van thuis op de kamer te zetten.

 

Gezond eet- en drink gedrag

Alles wat de mens eet en de manier waarop, heeft invloed op een goede slaap.

- Overmatig alcoholgebruik is zeker geen garantie voor een goede nachtrust (hoewel mensen dat vaak denken): er zijn dan geen inslaapproblemen, maar de kwaliteit is minder. ( onrustig en vroeg wakker worden).

- Laat en veel eten gaat gepaard met hinder van een te volle maag bij het inslapen.

- Te veel koffie en thee drinken voor het slapen gaan is ook geen goed idee. Het is beter om cafeïnevrije koffie en theïnevrije (kruiden)thee te gebruiken.

 

Adviezen aan slechte slapers:

- Bewegen en frisse lucht voordat je gaat slapen.

- Probeer te ontspannen voordat je naar bed gaat.

- Probeer je gedachte te verzetten door bijvoorbeeld een boek te lezen.

- Drink een glas warme melk voor het slapen gaan.

- Neem een warm bad voor het slapen gaan.

 

Problemen bij slecht of onregelmatig slapen

Het aantal mensen met een slaapprobleem wordt geschat op ongeveer 10 %. Slapen is belangrijk voor het lichamelijke en geestelijke welbevinden. Na een goede nachtrust ziet iemand beter uit, en het is ook te zien wanneer iemand bijna tot niet geslapen heeft.

 

Iemand die slecht slaapt kan meerdere problemen krijgen:

- Geestelijk: door geestelijke oververmoeidheid en een eventuele verminderde alertheid.

- Lichamelijk: ( een verminderde elasticiteit van de spieren ). Door slaap herstellen spieren zich en krijgen ze hun natuurlijke elasticiteit terug. Het kan zijn dat mensen door een slechte slaap minder gaan eten, met als gevolg een verminderde algehele voedingstoestand en vermagering. Mensen die in de nacht werken of slecht slapen, hebben meer last van obstipatie.

- Sociaal: door de verstoring van contacten met familie en vrienden.

 

Slaapmiddelen

Als een arts een slaapmiddel voorschrijft is een goede observatie zeer belangrijk. De beste oplossing bij slapeloosheid is zelf de oorzaak te achterhalen. Als dat niet lukt, kan een slaapmedicijn de zorgvrager een behoorlijke nachtrust geven. Hier zijn wel nadelen aan verbonden. Het grootste nadeel is verslaving. Mensen kunnen niet meer slapen zonder het medicijn, ook al is de oorzaak van de slapeloosheid niet meer aanwezig. Een arts zal pas een zware slaapmedicatie voorschrijven, als andere maatregelen om tot een goede nachtrust te komen zijn uitgeprobeerd.

Een van de bekende slaapmedicatie is melatonine. Dat is een hormoon dat in de hersenen wordt aangemaakt en heeft iets met het bioritme van de mens te maken. Onder invloed van licht wordt de melatonine afgifte weer minder. Melatonine wordt gebruikt bij inslaapstoornissen.

Slaap en waak ritme https://www.youtube.com/watch?v=5vjPyo5gA4k