Je lichaam groeit en beweegt. Daar heb je wel energie voor nodig. Hoe kom je aan deze energie? Als je iets eet, geef je jouw lichaam energie. In snoep zit bijvoorbeeld veel suiker. Deze suiker wordt door je lichaam omgezet in een natuurlijke suiker: glucose. Dat is een brandstof die jouw lichaam nodig heeft. Het is net als benzine voor een auto, zonder benzine kan je niet rijden.
Het stofje insuline zorgt voor een goede verdeling van glucose in je lichaam. Het zorgt ervoor dat teveel glucose in je bloed wordt opgenomen in de cellen van de lever en de spieren.
Insuline wordt aangemaakt door de alvleesklier. Als je diabetes hebt, maakt je lichaam te weinig insuline aan. Daardoor is de verdeling van glucose niet goed. Soms zit er te veel en soms juist te weinig glucose in het bloed. Dat is niet goed voor je lichaam. Bij te weinig glucose in je bloed kun je je dan bijvoorbeeld moe en duizelig voelen. Bij te veel glucose in je bloed krijg je last van dorst, veel plassen, moe en lusteloosheid en beschadigen op den duur je bloedvaten.
