verhaal Karoline

Karoline
“Ik voelde wel dat het niet klopte, maar hij luisterde niet”
Ze zit in het laatste jaar van haar studie en daarnaast werkt Karoline als vrijwilliger bij Veilig Thuis Groningen. Ze vertelt dan haar levensverhaal tijdens workshops aan jongeren op school bijvoorbeeld. Ze doet dit al een paar jaar.
“Ik deel mijn verhaal omdat ik wil dat mensen zich meer bewust worden dat contact maken zo belangrijk is. Mensen zijn veel op zichzelf gericht. Het is een kleine moeite om even om je heen te kijken naar een ander. Want klinkt misschien raar, maar je kunt je heel makkelijk supereenzaam voelen, ook al bevind je je in een groep.”
Karoline is de jongste in een gezin van vier kinderen. Toen ze drie jaar was, scheidden haar ouders. Ze heeft als kind nooit begrepen waarom dat nou precies was. Voor die tijd ging het ook een beetje vreemd: haar moeder verliet het huis. Haar vader werkte full time en zorgde in zijn eentje voor het hele gezin. Met een vaste oppas lukte het hem om alles draaiende te houden. Knap, maar het betekent wel dat Karoline de oppas vaker ziet dan haar eigen vader. Ze ging om het weekend naar haar moeder. Haar vader vond het belangrijk dat ze een band kreeg met haar moeder. Haar oudere broers en zus wilden niet en die gingen dus ook niet.
“Ik had geen idee wat er speelde, niemand legde me iets uit. Mijn moeder haalde mij nooit op. Mijn vader bracht mij altijd met de auto. Het gebeurde soms dat we één stap binnen waren en meteen weer weggingen. Terug naar huis. Voor mij was totaal onduidelijk waarom dat dan gebeurde. Als ik wel bij haar was had ze genoeg aan zichzelf. Ze had weinig oog voor me. Ik kan mij niet herinneren dat we samen leuke dingen deden.”
Karoline gaat best regelmatig naar haar moeder. Vanaf dat ze een jaar of acht is, wordt dat steeds minder. En als ze tien jaar oud is, begrijpt ze eindelijk een beetje dat het leven bij haar moeder niet normaal is.
“Ik was dat weekend bij haar. Ik speelde verstoppertje en vond achterin een kledingkast wat flessen wijn. Dat vond ik een gekke plek, het voelde echt als iets geheims. Alle losse puzzelstukjes kwamen opeens samen. Ik heb mijn moeder nooit dronken gezien maar toch was ik vanaf die dag bij haar thuis altijd bang. Mijn beeld van dronken mensen was dat zij agressief waren. Ik had de noodnummers standaard in mijn broekzak”
Ze vertelt niks aan haar vader over de flessen wijn en de noodnummers. Karoline wil haar moeder niet verraden. Toch hoort ze dan plotseling van hem, dat ze niet meer naar haar moeder mag. Zomaar, wéér zonder uitleg. Het was gewoon zo. Ze zag haar ongeveer een jaar niet. Opeens komt het bericht dat haar moeder in het ziekenhuis ligt. En zonder dat Karoline afscheid van haar heeft kunnen nemen, overlijdt haar moeder.
Omdat ze veel alleen is, mist ze aandacht die ze wél nodig heeft. Ze moet zichzelf maar redden en wordt sneller volwassen dan haar leeftijdsgenootjes. Met hen heeft ze geen klik, ze voelt zich vaak náást een groep staan in plaats van ín een groep.
Toch is er dan een lichtpuntje: als ze in groep 8 zit mag ze mee op vakantie met familie en hun vrienden. Helemaal naar het buitenland, Karoline is nog nooit de grens over geweest. Ze heeft er enorm veel zin in. Tijdens de vakantie trekt ze veel met Marco van 19 op. Ze mag niet alleen naar het strand en de zee. Met hem erbij, mag het wel. Karoline is blij dat hij er is. Totdat ze erachter komt dat hij niet zomaar graag met haar optrekt.
“Achteraf gezien was ik gewoon een heel erg makkelijk slachtoffer voor hem. Marco heeft me seksueel misbruikt. Hij is alle grenzen over gegaan. Ik voelde wel dat het niet klopte. Dat zei ik ook, dat ik niet wilde. Maar hij luisterde niet en was veel sterker. Hij was de hele tijd in mijn buurt, heel bedreigend. En hij hield mij in de gaten. Ik durfde niets aan mijn vader te vertellen. Ik wist ook niet hóe ik het hem kon vertellen. Tot op de dag van vandaag weet hij van niets.”
Niemand heeft tijdens de vakantie door wat er gebeurt. En daarna ook niet, het blijft haar eigen grote geheim. Als Marco met zijn ouders na de vakantie wel eens op visite komt, zorgt Karoline dat ze niet thuis is. Met een smoesje glipt ze snel de deur uit. Als ze uren rondjes door de buurt heeft gelopen, komt ze weer thuis. Het bezoek, dus ook Marco, is dan weg.
“Ik had geen flauw idee hoe ik me moest gedragen. Het was niet zo dat niemand mijn vriend wilde zijn. Ik wist gewoon niet hoe ik daar mee om moest gaan. Ik was zo bezig met wat anderen nodig hadden om mij leuk te vinden, ik was helemaal niet meer met mezelf bezig.”
Ze is het vertrouwen in andere mensen én zichzelf helemaal kwijt. Op school gaat het niet goed. Karoline trekt zich terug, wordt stiller in de klas en spijbelt steeds vaker. Ook als ze naar de middelbare school gaat. Ze weet zich totaal geen houding te geven als ze niet alleen is en wordt ook steeds vaker gepest.
“Het was heel duidelijk dat ik fysiek contact met andere kinderen wilde voorkomen. Mensen moeten hebben gezien dat het niet goed met me ging. Ik veranderde van een druk en energiek kind, in een stil, teruggetrokken meisje.”
Later hoort Karoline van leraren dat ze het spannend en ingewikkeld vonden om met haar te praten. Ze dachten dat het niet goed voor haar zou zijn om over het overlijden van haar moeder of het pesten op school te praten. Ze wilden haar niet nog verdrietiger maken.
“”Ik vind dat dus echt geen goede reden. Je neemt dan voor mij aan dat ik me zo zou voelen. Maar dat bepaal ik zelf toch? Had maar gewoon gevraagd. En nog een keer, totdat ik wel was gaan praten. Ik voelde me zo alleen. Het was echt vier jaar ellende op het vmbo.”
Dat niemand op school iets doet, bevestigt haar eenzaamheid. Ze moet het alleen doen en dat redt ze op een dag gewoon niet meer.
Het verhaal van Karoline is onderdeel van de reeks ‘Zie me nu – verhalen over loskomen van een onveilig thuis’ samengesteld
door Veilig Thuis Groningen. Kijk voor meer info op veiligthuisgroningen.nl/ziemenu. Vanwege de privacy zijn namen
veranderd. Alle verhalen zijn waargebeurd.
Geen van de teksten (© Veilig Thuis Groningen) of illustraties (© Merel Kotterer) mag zonder overleg door derden gebruikt
worden.
“Aan het einde van het vmbo zag ik het niet meer zitten. Ik liep naar het spoor, gooide mijn rugzak in de bosjes en wachtte op een trein. Ik was van plan om op die dag uit het leven te stappen. Dan trilt ineens mijn broekzak. Het is mijn telefoon, ik heb een sms’je ontvangen. Dat berichtje heeft me toen gered.”
Het is een berichtje van een meisje uit haar klas. Ze vraagt of ze wat leuks met haar wil doen en schrijft dat het haar spijt dat ze er niet voor haar is geweest. Dat ze wel doorheeft dat Karoline het moeilijk heeft. Karoline heeft niet op de trein gewacht, maar is opgestaan en op haar fiets gestapt. Ze is nu nog steeds beste vriendinnen met het meisje dat toen haar leven redde met een sms’je.
Na het vmbo gaat Karoline naar het mbo. Spannend, want het betekent nieuwe klasgenoten, een andere, onbekende plek. Het blijkt de ommekeer in haar leven te worden.
“Onze klassenmentor vroeg of we ons wilde voorstellen door een brief te schrijven. Ik zat ondertussen zo vol met opgebouwde boosheid en verdriet dat ik alles heb opgeschreven. De mentor schrok enorm. Ze heeft me de volgende dag meteen bij haar geroepen. Ze nam alle tijd, dat is echt fantastisch. Ze stelde een vraag en daarna mocht het ook een tijd stil blijven. Ze nam geen genoegen met smoesjes. Ze wilde weten wat ík nodig had. Ze vroeg me niet om alles in detail te vertellen. Ik bepaalde het tempo en werd voor het eerst in mijn leven echt gezien en gehoord”
Zonder dat Karoline het weet, vraagt de mentor aan haar klasgenoten om haar te betrekken bij hun activiteiten. Ze vragen haar mee naar de kantine en of ze meedoet in hun projectgroepen. Het werkt! Ze voelt zich steeds minder alleen. Ze is zo blij dat haar mentor dat heeft gedaan. Het voelt voor het eerst dat ze echt meedoet.
“Ik voelde me weer veilig en durfde eindelijk weer alleen naar de kantine te gaan. Daarom is mijn boodschap aan iedereen: maak contact!