Voedselproductie

Hier een overzicht van alle belangrijke termen van hoofdstuk 2 Voedselproductie

 

Term Uitleg
Akkerbouw Vorm van landbouw waarin planten worden verbouwd
Tuinbouw Vorm van landbouw waarin planten worden verbouwd
Voedingsgewassen Akkerbouw en tuinbouw waarbij planten worden verbouwd die wij of onze dieren kunnen eten
Veeteelt Vorm van landbouw waarin dieren worden gehouden
Landbouwhuisdieren Dieren die in de veeteelt gehouden worden
Bemesting Het toevoegen van mineralen aan de bodem
Kunstmest Soort mest die gemaakt wordt in een fabriek
Stalmest Soort mest die van de dieren komt
Bodembewerking Het verbeteren van de bodemstructuur om zo goed mogelijk te kunnen boeren
Plaag Wanneer veel dieren de voedingsgewassen aantasten
Bestrijdingsmiddelen of gewasbeschermingsmiddelen Middelen die gebruikt worden om plantenziekten en plagen te bestrijden.
Niet-selectieve bestrijdingsmiddelen Bestrijdingsmiddelen die verschillende soorten organismen, ook onschadelijke en nuttige soorten, doden.
Selectieve bestrijdingsmiddelen Bestrijdingsmiddelen die maar één soort doden.
Accumulatie Bestrijdingsmiddelen gaan over van soort tot soort en de soort die bovenaan de voedselketen staat krijgt steeds meer bestrijdingsmiddelen in zijn systeem.
Resistentie Door veelvuldig bestrijdingsmiddelen te gebruiken tegen een plaag kan deze ongevoelig worden voor het bestrijdingsmiddel.
Biologische bestrijding Het inzetten van natuurlijke vijanden van de plaag om deze zo uit te roeien.
Vruchtwisseling of wisselteelt De boer wisselt per jaar welk soort gewas hij op een bepaald stuk grond verbouwt.
Genetische modificatie Het aanpassen van de genen bij een soort.
GM-organisme of transgeen organisme Een organisme dat door genetische modificatie is aangepast.
Krachtvoer Voer dat wordt samengesteld in een fabriek en er voor zorgt dat het organisme zo goed en snel mogelijk groeit.
Kunstmatige inseminatie Sperma van bijvoorbeeld een stier wordt opgevangen en bij een koe in de baarmoeder ingebracht zodat deze bevrucht wordt.
In-vitrofertilisatie De zaadcel en de eicel worden buiten de baarmoeder bevrucht en vervolgens teruggeplaatst.