Procenten

Je mag zelf kiezen uit twee keuzes:

- Je leest de theorie hieronder door en maakt de opgaves.

- Je bekijkt de kennisclip onder de theorie en maakt de opgaves.

 

 

Met het rekenen van procenten zijn er twee afspraken

1. Als je het percentage wil weten van het geheel gebruik je:

(gevraagde percentage : 100) · het geheel = gevraagde aantal

voorbeeld

Hoeveel is 18% over 350?

18% van 350 is (18 : 100) · 350 = 0,18 · 350 = 63

Je mag van de 18% gelijk 0,18 maken, als je dat makkelijk vind.

 

2. Wanneer je het percentage wilt weten van een deel van het geheel gebruik je:

(het deel : het geheel) · 100% = de gevraagde percentage

Voorbeeld

Hoeveel procent is 15 over 60?

(15 : 60) · 100% = 25%

 

In deze hoofdstuk gaan we procenten toepassen om het hededaagse leven.

 

 

Maak de opgaves hieronder. Daarvoor heb je drie minuten de tijd.