In de tijd van de Romeinen woonden in West- en Noord-Europa Keltische en Germaanse stammen. Deze opdracht gaat over de levenswijze (de cultuur) van deze stammen.
Je onderzoekt het verschil tussen de Romeinse cultuur en de Germaanse cultuur. Je leert ook dat sommige Germaanse stammen bondgenoten werden van de Romeinen. Maar andere stammen bleven zich juist afzetten tegen de Romeinse overheersing.
Aan het eind van deze opdracht kun je:
beschrijven dat in de tijd van de Grieken en Romeinen in Noord- en West-Europa Keltische en Germaanse stammen leefden.
beschrijven dat er goede, maar ook gewelddadige contacten tussen de Germanen en Romeinen waren.
uitleggen hoe de Kelten en Germanen onderdelen van de Romeinse cultuur konden overnemen.
uitleggen waarom er volksverhuizingen waren in het Romeinse Rijk.