Voordat je een tekst gaat lezen, is het handig om de tekst eerst te bekijken. Dit noem je het verkennen van de tekst of het oriënteren op de tekst.
Daarna lees je de tekst helemaal door. Je leest steeds een klein stukje. Denk aan wat je al weet. Probeer voor je te zien wat je leest. Snap je iets niet? Gebruik het Stappenplan moeilijke woorden of lees de zin opnieuw.
Als je klaar bent met lezen, denk je na over de tekst. Klopte je voorspelling? Bedenk voor jezelf waar de tekst over ging. Als je de tekst goed wilt onthouden, kun je de belangrijkste woorden van de tekst opschrijven.
In het leesplan hierna staat alles nog eens op een rijtje. Volg de stappen van het leesplan bij elke tekst. Je zult merken dat je de tekst dan beter begrijpt.
Leesplan
1. Verkennen – voor het lezen.
Lees de titel en de kopjes.
Bekijk de plaatjes.
Lees de eerste zinnen.
Voorspel waar de tekst over gaat.
Wat weet je al van het onderwerp?
2. Begrijpen – tijdens het lezen.
Lees steeds een klein stukje.
Probeer voor je te zien wat je leest.
Los op wat je niet begrijpt.
Moeilijk woord? Gebruik het Stappenplan moeilijke woorden .
Moeilijke zin? Lees de zin opnieuw.
3. Verwerken – na het lezen.
Klopte je voorspelling?
Bedenk voor jezelf wat er in de tekst stond