Stap 2: (des)Informatie

De wereld draait om (des)informatie

De huidige samenleving is een technologisch hoogontwikkelde samenleving die, om goed te functioneren, volstrekt afhankelijk is geworden van moderne informatie- en communicatietechnieken (ICT). In deze moderne samenleving zijn kennis en communicatiediensten misschien wel belangrijker dan tastbare producten. Economen spreker daarom over een informatiemaatschappij.

Maar ook tastbare producten kunnen niet meer zonder ICT. Voor het huidige high-tech-tijdperk werden auto’s bijvoorbeeld ontwikkeld op de tekentafel. Sindsdien hebben automerken een aanzienlijk deel van de traditionele technici vervangen door programmeurs. Nu ontwikkelen de ICT-specialisten auto’s met behulp van speciale 3D-software.

Veel van de ICT-toepassingen zijn afkomstig uit Silicon Valley in Californië. Wereldspelers als Microsoft, Apple, Facebook en Google beïnvloeden ons leven in hoge mate. Verreweg de meeste computers draaien op de besturingssoftware van Microsoft of Apple. De meeste informatie wordt gezocht en gevonden met behulp van zoekmachine Google en we hebben er het werkwoord googelen (=informatie zoeken op internet) aan te danken.

Facebook

‘Vrienden’ zoeken we tegenwoordig vooral op Facebook of Instagram. Sinds begin 2021 telt Facebook 2,8 miljard gebruikers. Er zijn personen met meer dan 100 miljoen volgers. Bekijk hier de Top 10 van meest gevolgde pagina's.

Niet iedereen is even blij met die wereldwijde uitwisseling van informatie. De Chinese regering vroeg in 2010 Google om bepaalde trefwoorden (zoals ‘mensenrechten’ en ‘Amnesty International’) te censureren, zodat Chinese burgers geen ongewenste informatie zouden kunnen vinden. Google weigerde mee te werken en werd prompt door de Chinese regering in de ban gedaan. China ontwierp eigen zoekmachines: Baidus en QQ.

Ook met Facebook is niet iedereen blij. Op Facebook was een filmpje van mei 2017 te zien waarin de getatoeëerde koning Maha Vajiralongkorn in een afgezakte spijkerbroek en een minuscuul hemd rondwandelt in een winkelcentrum in München. Het filmpje werd massaal gedeeld. Thailand eiste dat Facebook in totaal 131 ‘beledigende sites’ zou verwijderen. Gebeurde dat niet, dan zou er een boycot volgen. Facebook gaf niet toe en de filmpjes bleven staan.

Turkije wachtte niet op een reactie van Facebook over onwelgevallige items. De Turkse regering was zo ontevreden met de berichtgeving over de mislukte staatsgreep van 2016 in dat land dat het niet alleen Facebook blokkeerde, maar ook Twitter, YouTube, WhatsApp, Skype, Wikipedia en nog zo’n tien andere diensten.

Nepnieuws

Ex-president Trump van de Verenigde Staten van Amerika gooide het over een andere boeg. Onwelgevallige berichten, met name over hemzelf of over zijn beleid, bestempelt hij op Twitter steevast als nepnieuws (fake news). De term nepnieuws was niet nieuw. Op internet verschenen er eerder valse berichten met de intentie om bezoekers naar een website te lokken en daarmee dankzij advertenties winst te maken. Later kwamen er ook valse berichten met als doel om de publieke opinie te beïnvloeden of politiek-ideologische tegenstanders zwart te maken.

Moeten we ons over nepnieuws druk maken? Je zou denken van niet, ware het niet dat volgens onderzoek 85 procent van de internetgebruikers nepnieuws niet als zodanig herkent.

Hieronder zie je twee nepberichten en het aantal mensen dat het nepnieuws niet herkende:

Bron: Buzzfeed

We leven in een informatiemaatschappij, maar we kunnen niet blind vertrouwen op die informatie!