In de Ethiopische grondwet staat dat alle grond eigendom is van de staat ‘in naam van het volk’. De grond die eerder door boeren en herders werd gebruikt, is zonder compensatie aan buitenlandse investeerders gegeven.
Investeerders mogen dan enthousiast zijn over de rozenhandel in Ethiopië, de ontwikkelingsorganisaties zijn veel minder blij. Zij zien meer armoede in Ethiopië. Niet alleen zijn boeren en herders veel grond kwijtgeraakt, ze hadden ook vaak geen andere keus dan te gaan werken voor de rozenbedrijven.
Ook zijn de arbeidsomstandigheden in de rozenkwekerijen in Ethiopië nog steeds niet optimaal te noemen. Ethiopië heeft geen wettelijk minimumloon. De ondernemer is vrij om kiezen hoeveel loon hij wil betalen. De medewerkers van Afriflora Sher verdienen, als ze bereid zijn om over te werken, maximaal zo’n 35 tot 40 euro per maand. Daarvoor werken ze wel 10 uur per dag en zes dagen per week.
“Mensen hebben werk, maar zijn nog steeds arm. Wat zou voor Ethiopië wel een fatsoenlijk loon zijn? Wij schatten dat ongeveer het viervoudige van het basisloon nodig is.” Niet alleen de chemicaliën zorgen voor problemen. Sher haalt water uit het meer, waardoor dat opdroogt. Ook pompt Sher water uit de bodem op. Voor iedere roos is gemiddeld 7 liter water nodig en iedere dag worden miljoenen rozen* klaargemaakt voor de Europese markt. Het grondwaterpeil is daardoor flink aan het dalen. Een lokale boer: “Veel mensen lijden vanwege Sher, want er is een tekort aan water. Sher pompt al het water uit de rivier, waardoor het vee niet meer kan drinken.” Bron: De interviews met Wildeman en met de diverse medewerk(st)ers van Sher zijn ontleend aan de Zembla-uitzending “Hollandse handel, de rozen”. De uitzending is nog terug te kijken op YouTube 'Dutch Roses from Ethiopia. * Jaarlijks verwerkt Sher 1,5 miljard rozen! |