In het filmpje bij de vorige stap heb je gezien dat er werkwoorden zijn die als voltooid deelwoord op -en eindigen. Als je deze werkwoorden bijvoeglijk gebruikt, dan schrijf je ook -en.
Het huis is verlaten > het verlaten huis
Het inkomen is gestegen > het gestegen inkomen
Dat bericht is verzonnen > het verzonnen bericht