Reflecteren

Bekijk onderstaand filmpje

 

https://www.youtube.com/watch?v=o_GIZ2ad_9Y

 

Als je samenwerkt kunt je meer bereiken dan in je eentje! Samen sta je sterk.
Soms kan het ook lastig zijn en kun je ruzie krijgen omdat iemand zich niet aan afspraken houdt bijvoorbeeld.  Als je samenwerkt moet je kunnen aangeven wanneer het werk van de ander niet in orde is, of juist supergoed!  

Feedback geven betekent dat je aangeeft welk effect iemands gedrag heeft op jou.

Je kunt positieve feedback geven, dat betekent dat je positieve dingen zegt over hoe de ander het doet. Daar krijg je een goede sfeer van en het geeft extra plezier en vertrouwen in de klus die jullie moeten doen.

Voorbeelden positieve feedback:

·         Ik vind dat je met een goed idee bent gekomen voor de opdracht

·         Ik vind dat je goed kunt luisteren naar de ideeën van anderen


Ook kun je een tip geven, oftewel opbouwende feedback. Dit is nodig zodat je kunt zeggen dat het werk wat de ander gedaan heeft nog niet helemaal goed is. Of dat het gedrag van de ander niet fijn is.  

Voorbeelden opbouwende feedback:

·         Ik vind het vervelend dat je door me heen praat als ik mijn idee vertel. Dan heb ik het idee dat je niet echt luistert naar wat ik zeg

·         Ik vind het niet leuk dat je de opdracht later inlevert dan dat we hadden afgesproken.

·         Ik zie dat je de poster in zwart-wit hebt geprint. De afspraak was dat we dit in kleur zouden doen.

In deze les gaan we oefenen met het geven van feedback.

 

Wat ga je doen?

1.   Je leest het schema over feedback geven.

2.   Je gaat oefenen om elkaar feedback te geven.

3.   Tijdens de presentatie van de andere groep geef je voor jezelf de drie vragen in.

4.   Aan het einde van de presentatie mag de groep feedback geven en vragen aan de andere groep stellen. Daarbij houd je rekening met het schema ‘Tips en regels over feedback geven en ontvangen’.

5.   Daarna worden de groepjes omgedraaid.