Nu probeer je een beeld te krijgen van wat de hoofdzaken en bijzaken zijn die in de tekst worden behandeld, wat de belangrijke stukken zijn en welke stukken minder van belang zijn. Dit helpt je om de tekst later gericht en effectief te leren begrijpen. Een aantal tips:
Let op schuingedrukte, onderstreepte of dikgedrukte woorden. Dit zijn waarschijnlijk belangrijke begrippen.
Probeer de belangrijke zinnen (zogenaamde ‘kernzinnen’) uit de tekst te halen. Deze herken je door het gebruik van bepaalde zinsconstructie als ‘Samenvattend’ of ‘Het is dus van belang’.
Besteed extra aandacht aan de eerste en de laatste alinea van een paragraaf. In de eerste alinea wordt vaak uitgelegd waar de paragraaf over gaat, in de laatste wordt vaak samengevat wat is besproken.