Het reliëf van Brazilië is in te delen in drie gebieden: het Hoogland van Guyana dat langs de noordgrens van het land loopt, het Hoogland van Brazilië in het zuidoosten en er tussenin ligt het lager gelegen Amazonegebied, vlaktes die zijn opgebouwd door sedimentatie van materiaal uit de Andes en uit de twee hooglanden en dat daar door rivieren is afgezet.
De hooglanden liggen op geologisch kraton, oude stukken van de continentale korst die door erosie van bovenliggende gesteente bloot zijn gelegd. Een kraton is een stuk aardkorst dat meer dan een miljard jaar lang min of meer intact is gebleven en weinig onder platentektoniek heeft geleden. Het kan wel bedekt zijn met jongere afzettingen. Het grootste deel van het Amazonekraton heeft een bedekking van jonge sedimenten. Waar delen van het kraton hoger liggen, zijn er geen sedimenten en komen er oude lagen aan de oppervlakte: schilden.
De hooglanden liggen op het Amazonekraton en zijn door beweging van aardplaten opgetild.
Het Hoogland van Guyana is deels opgebouwd uit gestolde lava en het Braziliaans Hoogland bestaat voor een deel uit dikke lagen basalt dat als lava uit vulkanen is gestroomd. Deze vulkanen ontstonden langs de plaatgrens tussen Afrika en Zuid-Amerika toen deze continenten uit elkaar begonnen te drijven.