De verhouding heet tangens van de hoek,
De verhouding heet sinus van de hoek,
De verhouding heet cosinus van de hoek.
We korten sinus af met sin, cosinus met cos en tangens met tan.
|
Voorbeeld
In opgave 18 van de vorige paragraaf heb je α berekend: . Dus (kijk nog eens naar het plaatje bij die opgave):
Voor elke andere scherpe hoek kun je de bijbehorende sinus, cosinus en tangens bepalen. Dat zou bijvoorbeeld kunnen door met nauwkeurige tekeningen van grote rechthoekige driehoeken te werken. Wiskundigen doen dat anders. De resultaten zijn in de volgende tabel bij elkaar gebracht.
Sinus en cosinus werden bestudeerd door Hipparchus van Nicaea ( |