Opsporen van fouten, die een te lage spanning veroorzaken.

Wanneer de spanning van een circuit te laag is, controleren we eerst of dit niet zijn oorzaak vindt in de voedingsbronnen van de installatie (bijvoorbeeld een lege accu).

Zijn de voedingsbronnen in orde, dan kunnen we de fout op gaan zoeken.

Te lage spanning wordt meestal veroorzaakt door een overgangsweerstand in de keten, die bij stroomdoorgang een spanningsverlies veroorzaakt. De gemakkelijkste manier om een dergelijke fout op te sporen is de keten te belasten. We kunnen dit doen door het elektrisch apparaat, dat via deze circuit wordt gevoed, bij te zetten en dan met een voltmeter de keten af te zoeken, op dezelfde manier als we een onderbreking opzoeken.

De meest voorkomende plaatsen waar we een hoge overgangsweerstand tegen kunnen komen zijn stekkeraansluitingen, relaiscontacten en andere elektrische verbindingen zoals massapunten.