Logistieke werkzaamheden: Goederen ontvangen
In dit onderdeel lees je de theorie over goederen ontvangen en vind je een aantal vragen over de theorie. De blauwgedrukte woorden worden uitgelegd in de begrippenlijst. Deze vind je samen met de verdiepingsopdrachten aan het eind van de pagina.
Goederen ontvangen
Bedrijven verschillen. Ze verschillen in wat ze verkopen. Ze verschillen in hoe groot ze zijn. Ook de magazijnen van bedrijven verschillen van elkaar. IKEA verkoopt veel grote producten en verkoopt dagelijks aan heel veel klanten. Klanten pakken de meeste spullen zelf, in het zelfbedieningsmagazijn. Bij een zorginstelling verkopen ze geen producten. Toch is er ook daar een magazijn. Bijvoorbeeld een magazijn voor medicijnen, een magazijn voor werkkleding en een voor kantoorartikelen. Hier komen geen klanten, alleen medewerkers. Klanten kunnen ook medewerkers van het bedrijf zijn.
Het magazijn is:
De plaats van het magazijn
Voor ieder magazijn, of het nu voor een groot of een klein bedrijf is, gelden voorwaarden waar het magazijn aan moet voldoen om het goed te kunnen gebruiken:
Open en gesloten magazijnen
Er wordt onderscheidt gemaakt in twee soorten magazijnen: open magazijnen en gesloten magazijnen. Het open en gesloten zijn gaat over de vraag of medewerkers (of klanten) vrij toegang hebben tot het magazijn, of dat alleen specifieke medewerkers in het magazijn mogen komen.
Een open magazijn is vrij toegankelijk voor medewerkers (en klanten), die zonder veel beperkingen (zoals het in moeten vullen van formulieren) goederen kunnen pakken. Bij het verlaten van het magazijn registreer je in sommige gevallen welke goederen het magazijn verlaten. Dat laatste gebeurt als klanten zelf producten in het magazijn mogen pakken, zoals bij IKEA.
In een gesloten magazijn zijn medewerkers aanwezig die goederen mogen pakken. Dit doen zij bijvoorbeeld met een formulier dat ze krijgen van de persoon die iets uit het magazijn moet hebben. Dit zie je bij een apotheek, in een ziekenhuis of verzorgingstehuis. Maar ook in de supermarkt is het magazijn gesloten voor klanten.
In een open magazijn werken in verhouding minder magazijnmedewerkers dan in een gesloten magazijn. In een open magazijn is de derving vaak hoger dan in een gesloten magazijn. Derving betekent dat er goederen zijn die je niet kunt verkopen. Bijvoorbeeld omdat ze beschadigd of gestolen zijn.
Opdracht 1 Open of gesloten magazijn
Geef aan of er bij de volgende magazijnen sprake is van een open magazijn of van een gesloten magazijn
a. Medicijnenmagazijn in een ziekenhuis
b. Het zelfbedieningsmagazijn van Sligro
c. Het magazijn van het restaurant van IKEA
Opdracht 2 Klanten in het magazijn
Waarom mogen klanten van IKEA wel in het magazijn komen en klanten van een supermarkt niet?
Opdracht 3 Arbowet
Je hebt gelezen dat bij de inrichting van het magazijn ook de Arbowet gevolgd moet worden.
a. Zoek uit wat de Arbowet zegt over de inrichting van magazijnen.
b. Leg in je eigen woorden uit waarom het belangrijk is voor medewerkers dat het magazijn voldoet aan de Arbowet.
Verschillende soorten magazijnen
In ieder bedrijf vind je een magazijn. Maar hoe dit magazijn er precies uitziet, zal in ieder bedrijf anders zijn. Soms is het magazijn niet meer dan een kast met een voorraad kantoorartikelen in de kamer van de secretaresse. In een ander bedrijf is het magazijn zo groot dat je er met een treintje doorheen moet rijden. Je maakt kennis met vier soorten magazijnen:
Opdracht 6 Soorten magazijnen
a. In een bedrijf kunnen meerdere magazijnen zijn. Leg dit uit met een voorbeeld.
b. Welke soorten magazijnen zijn er op jouw stageplek?
c. Welke soorten magazijnen zijn er binnen jouw school?
Opdracht 7 Artikelen in magazijnen
Noem van elk van de hierboven genoemde magazijnen die voorbeelden van artikelen/ producten die er worden opgeslagen.
Opdracht 8 Plattegrond van een magazijn
Teken een plattegrond van één van de magazijnen binnen jouw stageplek
Opdracht 9 Regelgeving
Zoals je hebt gelezen, krijg je bij het opslaan van voedingsmiddelen te maken met de HACCP regelgeving en de Arbowet. Je kunt ook te maken krijgen met de wet opslag gevaarlijke stoffen.
a. Zoek uit wat gevaarlijke stoffen precies zijn
b. Bedenk drie bedrijven waarmee je te maken kunt krijgen bij het opslaan van gevaarlijke stoffen.
Werken met een FMIS
Om de dagelijkse facilitaire zaken zo goed mogelijk te kunnen beheren gebruiken bedrijven een Facilitair Management Informatie Systeem (FMIS). Een FMIS ondersteunt de afdelingen of diensten in hun dagelijkse werkzaamheden. Bovendien zorgt dit systeem voor een goede communicatie tussen de verschillende afdelingen. Ook bij logistieke werkzaamheden is een FMIS heel belangrijk. Je kunt bijvoorbeeld precies zien wat er op voorraad is en wat besteld moet worden.
Waar moet je op letten bij de ontvangst en het opslaan van goederen?
Het lijkt eenvoudig. Er komt een leverancier met een vrachtauto vol goederen aan bij het bedrijf en die goederen moeten in het magazijn komen te staan. Toch komt er veel meer bij kijken dan je denkt. De eeste dingen waar je op moet letten bij de goederen die geleverd worden is:
Een bedrijf dat dagelijks met opslaan te maken heeft is warenhuis IKEA. Een medewerker van IKEA kan bijvoorbeeld aan de hand van de volgende punten het signaal krijgen dat goederen niet in orde zijn:
Opdracht 10 Signalen
Waarom kunnen de volgende punten een signaal zijn dat goederen niet in orde zijn:
a. Een deuk of een gat in een doos
b. Vocht of glas in de vrachtwagen
c. Niet netjes opgestapelde goederen
Opdracht 11 In het magazijn van IKEA
IKEA heeft een magazijn waar klanten zelf producten kunnen pakken. Maar er is ook een magazijn waar alleen medewerkers komen. Een deel van dat magazijn vind je bij de winkel. Een ander deel vind je op een externe locatie, die wel in de buurt is van de winkel.
a. Waarom denk je dat IKEA verschillende soorten magazijnen heeft?
Ga naar de website van IKEA. Gebruik de zoekfunctie om een bureastoel op te zoeken die je zelf zou willen gebruiken. Zoek uit of de bureaustoel op voorraad is in de IKEA vestiging bij jou in de buurt.
b. Welke informatie kun je online vinden?
c. Is er informatie over de voorraad die je niet online kunt vinden?
Hoeveelheid goederen controleren
Als de goederen in goede staat geleverd zijn, controleer je of de hoeveelheid wel klopt. Bij te veel geleverde goederen kan er te weinig ruimte zijn om de goederen op te slaan. Is er te weinig geleverd dan kan het bedrijf te weinig voorraad hebben. Bovendien moet je wel betalen voor wat er geleverd wordt. Als er te veel geleverd wordt moet je te veel betalen.
Of de juiste hoeveelheid goederen geleverd is, kun je controleren met de vrachtbrief die een chauffeur bij zich heeft. Op de vrachtbrief staat bijvoorbeeld hoeveel verpakkingen geleverd worden en hoe ze geleverd worden. Een ander woord voor verpakking is colli.
Je vergelijkt de informatie van de vrachtbrief ook met de pakbon, die zit meestal in de verpakking. Op de pakbon staat precies welke goederen er volgens de leverancier geleverd zijn.
Zijn de juiste goederen geleverd?
Als de goederen in orde zijn en de hoeveelheid is juist, kunnen nog steeds verkeerde goederen worden geleverd. Om er zeker van het zijn dat de goederen geleverd zijn die het bedrijf heeft besteld, moet de pakbon die bij de geleverde goederen zit worden gecontroleerd met de goederen. Staan de geleverde goederen op de pakbon? Wanneer de verkeerde goederen geleverd worden, dan kan dat problemen voor de klanten opleveren en daardoor voor een bedrijf.
Opdracht 12 Gevolgen verkeerd geleverde producten
Geef aan wat de gevolgen voor klanten en hun bedrijven kunnen zijn bij de hiervoor gegeven situaties
a. Het leveren van duurdere bankjes bij IKEA
b. Het leveren van karnemelk in plaats van volle melk bij de kantine van een bedrijf
c. Het geleverd krijgen van een medicijn met een zwaardere dosis dan besteld is
Begrippenlijst
Deze volgt zeer binnenkort
Verdiepingsopdrachten
Overleg met je docent welke verdiepingsopdrachten je kunt gaan doen.
Deze worden binnenkort hier geplaatst