Er zijn verschillende gevolgen van pre-eclampsie en HELLP, namelijk:
vaatvernauwing. Doordat de aderen zich vernauwen, is de doorbloeding in het lichaam van de vrouw niet goed. Niet alleen de moeder loopt risico, ook voor de foetus is er gevaar. De placenta functioneert minder goed, doordat ook hier vaatvernauwing optreedt. Het bloed van de moeder stroomt minder gemakkelijk naar haar ongeboren kind. Op die manier kan foetale groeivertraging ontstaan;
kans op insulten. Insulten zijn spierkrampen die je kunt vergelijken met epileptische aanvallen. Soms raakt de zorgvrager na zo’n insult in coma. Waarschijnlijk ontstaat een insult door zeer ernstige vaatvernauwing in de hersenen;
circulatieproblemen. Het bloedvolume is minder geworden door vermindering van plasma. Doordat er sprake is van algehele vaatvernauwing, verloopt de circulatie moeizamer en ontstaan er problemen met de bloedvoorziening van allerlei organen en weefsels;
lever- en stollingsafwijkingen. Bij het HELLP-syndroom treden leverfunctiestoornissen op. Laboratoriumonderzoek toont aan dat er meer leverenzymen in het bloed terechtkomen en dat de stolling gestoord is;
nierafwijkingen. De doorbloeding van de nieren is verminderd en de filtratie is afgenomen. In ernstige gevallen zie je dat de zorgvrager minder plast (oligurie);
zuurstofnood. Gebrek aan zuurstof kan leiden tot zuurstofnood (hypoxie). In ernstige gevallen kan de foetus doodgaan in de baarmoeder (intra-uteriene vruchtdood);
kans op overlijden van het kind of de kraamvrouw. In Nederland wordt driekwart van de sterfgevallen in het kraambed veroorzaakt door pre-eclampsie of het HELP-sydroom.