Veelgehoorde klachten tijdens de zwangerschap zijn vermoeidheid en obstipatie. Naast lichaamsbeweging kunnen ook gevarieerde voeding en voldoende drinken helpen om deze klachten te voorkomen.
Voedingsstoffenbehoefte
Als er sprake is van tekorten in de voeding, zoals ijzertekort, is aanvulling van ijzer noodzakelijk. Als de zwangere bij aanvang van de zwangerschap in een goede voedingstoestand verkeert, is er de eerste zes maanden geen verhoogde behoefte aan voedingsstoffen. Omdat uit onderzoek is gebleken dat de inname van extra foliumzuur de kans op een open ruggetje verkleint, wordt aangeraden om 0,4 mg foliumzuur per dag te gebruiken. De inname hiervan moet 4 weken voor de bevruchting worden gestart tot 8 weken na de bevruchting. Het is aan te raden om extra foliumzuur te nemen vanaf het moment dat de zwangerschapswens bestaat. Het gebruik van extra vitamine A is af te raden gedurende de zwangerschap, omdat dit de kans op hersenbeschadigingen bij de vrucht vergroot.
In de eerste maanden van de zwangerschap legt het lichaam extra vetreserves aan, voor de periode waarin borstvoeding gegeven wordt. Omdat de stoffen die in de reservevoorraden van de moeder worden opgeslagen weer vrijkomen tijdens het geven van borstvoeding, kan de zwangere het best niet te veel orgaanvlees, vette vis en eieren eten. In deze voedingsmiddelen worden namelijk van nature de schadelijke stoffen die in het milieu voorkomen opgeslagen.
Voorbeelden hiervan zijn de polychloorbifenylen (PCB’s), dioxinen en zware metalen, zoals lood en cadmium. Zodra de moeder borstvoeding geeft, spreekt het lichaam de vetvoorraad aan, waardoor stoffen in de moedermelk terechtkomen.
Door het eten van niet gaar en/of rauw vlees, kan een infectie met toxoplasmose optreden. De vrouw merkt zelf van die infectie niets, maar deze infectie kan wel een miskraam of afwijkingen, zoals oogafwijkingen bij het kind veroorzaken.
De infectie kan ook worden overgedragen door de ontlasting van katten. Om besmetting tegen te gaan kan een zwangere beter handschoenen dragen bij het schoonmaken van de kattenbak en bij het werken in de tuin.
Pas in de zesde maand van de zwangerschap is er sprake van een verhoogde behoefte aan bouwstoffen, vooral aan eiwitten, calcium en ijzer. In de laatste drie maanden vindt namelijk het grootste deel van de groei van het kind plaats. De moeder kan in deze verhoogde behoefte voorzien door voedingsmiddelen met veel eiwitten, calcium en ijzer te gebruiken, bijvoorbeeld vlees en melk. Ook is het van belang dat zij ten minste 1,5 liter vocht per dag gebruikt.
Aandachtspunten bij voeding tijdens de zwangerschap
In het lichaam treden veel veranderingen op die aanleiding kunnen zijn tot vragen met betrekking tot de behoefte aan voedingsstoffen. Er kan ook sprake zijn van klachten die specifiek zijn voor de zwangerschap. Deze verschijnselen kunnen aanleiding zijn tot voedingsproblemen. De belangrijkste verschijnselen die aanleiding kunnen zijn tot vragen zijn gewichtstoename, (ochtend)misselijkheid, zuurbranden, obstipatie en veranderde smaakvoorkeuren.