Rodehond

Wanneer een zwangere vrouw rodehond (rubella) krijgt, kan dit schadelijke gevolgen hebben voor het ongeboren kind. Vooral in het begin van de zwangerschap heeft rodehond een schadelijke invloed. Bij het eerste bezoek aan de verloskundige wordt het bloed van de zwangere getest op antistoffen tegen rodehond. Veel vrouwen zijn als kind al tegen rodehond ingeënt. Als er antistoffen aanwezig zijn, dan bestaat er geen gevaar op besmetting met het virus. Als er geen antistoffen aanwezig zijn, moet de zwangere elk contact met mensen die de rodehond hebben, vermijden, omdat zij dan gemakkelijk besmet kan raken. Na de bevalling kan zij dan alsnog tegen rodehond ingeënt worden. Als er geen antistoffen in haar bloed aanwezig zijn, en ze komt toch in contact met het virus, moet ze direct contact opnemen met haar huisarts.