De foetus is 15 cm groot en weegt ongeveer 125 gram. Vanaf deze maand wordt de foetus bedekt met een laagje donzig haar, de lanugo. Het begint met de vorming van de wenkbrauwen en na een tijdje is de foetus helemaal bedekt met lanugo. De huidcellen beginnen met de productie van huidsmeer: vernix caseosa. Deze vette wittige substantie dient ter bescherming van de huid. De schedelbeenderen zijn ook al ver ontwikkeld. Ze zijn echter nog niet verbonden met elkaar. De oorschelp is nu duidelijk te zien, maar deze bevat nog geen gehooropening. De foetus kan dus nog maar nauwelijks horen. De foetus beweegt zich nu iets krachtiger. Het beweegt armen en benen, draait zijn hoofd, kan de mond openen en begint met het oefenen van de longen. Het maakt ademhalingsbewegingen, waarbij vruchtwater ingeslikt kan worden. Dit is ongevaarlijk, want de foetus ontvangt zuurstof uit de placenta. Vanaf de vierde maand zijn de geslachtsorganen ontwikkeld. Een penis is nu duidelijk te zien. En via echoscopie kan nu dan ook duidelijkheid worden verkregen over het geslacht van het kindje.