Salomo's oordeel

Stap 6 - Lees het onderstaande verhaal over koning Salomo. Dit verhaal staat in de heilige boeken van het Jodendom en Christendom en gaat over koning Salomo die ongeveer drieduizend jaar geleden geleefd zou hebben.

 

'Toen David jaren later stierf, werd Salomo koning over Israel, de wijze Salomo, zoals hij altijd wordt genoemd. Ze zeggen dat hij veel wijze woorden heeft gesproken:

Ga naar de mieren, jij luiaard, kijk goed naar wat ze doen en word wijs. Zij hebben geen baas, geen meester; maar ze zijn ijverig als een ander: in de zomer slaan ze hun voedsel op voor als het winter wordt. Hoe lang blijf jij nog liggen, luiaard, zou jij niet eens uit je bed komen?

Wie zichzelf overwint is sterker dan wie een stad inneemt.

Een vrouw die altijd ruzie zoekt, is erger dan een lekkend dak.

Je hebt van die mensen die je 's morgens vroeg luidruchtig groeten. Ze kunnen beter hun mond houden!

Als er geen hout meer is, dooft het vuur. Als niemand meer kwaadspreekt, houdt de ruzie op.

Wie zich doof houdt voor het roepen van een mens in nood, zal eens zelf roepen en geen antwoord krijgen.

De wijze Salomo, dus. Maar wijs ben je nooit meteen, wijs moet je worden. Hij was net tot koning gekroond en hij wilde graag een goede koning zijn, maar hij wist niet hoe dat moest. Toen droomde hij een droom. God zei: "Vraag wat je wilt, Salomo, en Ik zal het je geven."

Salomo zei: "O Heer, u bent de God van mijn vader David geweest, in goede en in kwade dagen. En nu hebt u mij tot koning gemaakt, maar ik ben nog jong en het volk is zo groot. Ik vraag u: geef mij een wijs hart. Geef mij oren die kunnen horen wat goed is en wat kwaad."

"Ik vind het mooi dat je juist dit hebt gevraagd," antwoordde God. "Niet om een lang leven heb je gebeden, niet om rijkdom en ook niet om de dood van je vijanden. Nee, je wilt een wijs hart om een rechtvaardig koning te kunnen zijn. Dat hart zal ik je geven, Salomo. En ook wat je niet hebt gevraagd schenk ik je: rijkdom en eer. En wanneer je mijn geboden bewaart, dan zul je lang leven." Salomo werd wakker. Hij zou die droom nooit meer vergeten.

Niet lang daarna kwamen twee vrouwen bij hem in het paleis. Ze hadden ruzie, dat zag je meteeen. Een van de vrouwen droeg een pasgeboren kind op haar arm. "Wat is er aan de hand?", vroeg Salomo.

"Wij wonen in hetzelfde huis, heer koning," zei de een. De vrouw had gehuild, dat zag je zo. "Ik heb pas een zoon gebaard en drie dagen later kreeg ook zij een zoon. Vannacht is de zoon van deze vrouw gestorven, ik denk dat zij in haar slaap op het kind is gaan liggen. Het is gestikt. Toen is ze opgestaan, ze heeft mijn zoon bij mij weggehaald, haar dode kind legde zij er voor in de plaats. Vanmorgen vroeg stond ik op om mijn kind de borst te geven. Ik schrok. Het kind was koud. Mijn zoon was dood. Maar toen ik wat beter keek, zag ik dat het mijn zoon helemaal niet was. Het was de hare."

"Dat is niet waar!" Riep de andere vrouw. "Het dode kind is van jou, het levende kind is van mij."

"Je liegt. Jouw zoon is dood, mijn zoon leeft."

Zo stond het woord van de een tegenover het woord van de ander. Wie sprak de waarheid, wie was de leugenaar?

De koning wenkte een dienaar. "Haal voor mij een zwaard."

De knecht bracht een zwaard. "Hak het kind in tweeën." zei Salomo. "En geef ze allebei de helft. Eerlijk delen." Het hart van de moeder van hde levende zoon kromp ineen. "Nee, nee, niet doen, heer koning, niet doon. Geef háár het kind dat leeft en dood het niet!"

De andere vrouw zei: "Laat het kind van geen van ons beiden zijn, hak het maar doormidden!"

De koning kende geen twijfel meer. De vrouw die bereid was haar kind af te staan om het te laten leven, was de moeder.

"Geef haar het kind dat leeft en dood het niet," zei hij. En dat waren dus precies de woorden die de moeder tegen hém had gesproken. Salomo had goed naar haar geluisterd, hij had oren die konden horen wat goed is en wat kwaad. "Geef haar het kind dat leeft. Zij is de moeder."

Het nieuws verspreidde zich door het hele land en iedereen wist: er zit in Israël een wijze koning op de troon.'

Stap 7 - Beantwoord de volgende vragen in het Pages bestand:
1
Wat is er 'heilig' in dit verhaal?
2 Wat vind je van Salomo's opdracht om het kind in tweeën te hakken? Waarom vind je dat?
3 Leef je in in de echte moeder van het kind. Zij staat haar kind liever af dan dat het sterft. Vind jij dat iedereen zo om zou moeten gaan met wat voor hem/haar heilig is? Waarom wel of niet?