Algemeen
Een ander woord voor ventilatie is luchtverversing. De vuile of verontreinigde lucht in een ruimte wordt vervangen door schone lucht. Bijvoorbeeld sigarettenrook, chemische lucht van reinigingsmiddelen of geur van zwetende mensen in een sportruimte.
In lucht zit zuurstof. Als je in een gesloten ruimte zit dan verbruiken mensen en dieren deze zuurstof. Ook vuur van een openhaard of een gasfornuis gebruiken zuurstof. Door te ventileren vul je het tekort aan zuurstof weer aan met verse buitenlucht.
Daarnaast kan je lucht opwarmen en afkoelen. Lucht opwarmen doe je bijvoorbeeld met de verwarming in de winter als het koud wordt. In de zomer kun je de te warme lucht afkoelen met een airconditioning.
In lucht zit naast zuurstof ook waterdamp. In warme lucht is meer ruimte voor waterdamp dan in koude lucht. Als er teveel waterdamp in de lucht zit dan kun je deze zien. Bijvoorbeeld als het buiten mistig is. Mist is lucht met teveel waterdamp, je ziet dan heel veel kleine waterdruppels. Als de zon gaat schijnen warmt de lucht op en krijg je meer plek voor de waterdamp en verdwijnt de mist. Door te douchen krijg je teveel vocht in de badkamer. Het wordt dan mistig. Je kunt dit vocht verwijderen door te ventileren.
Ventilatie is belangrijk voor de gezondheid van mensen en dieren die in de ruimte aanwezig zijn. We kunnen natuurlijk of mechanisch ventileren. Natuurlijke ventilatie is afhankelijk van de aanwezigheid van openingen die in de vloeren, wanden en dak van een huis zitten. De wind kan dan ongehinderd het huis binnendringen en weer verlaten. Bij mechanische ventilatie wordt er gebruik gemaakt van een motor die de lucht in een huis naar buiten verplaatst.