Stap 3 - Grammatica 1

De verleden tijd (ovt)

Je hebt al geleerd hoe je de verleden tijd (ovt) van de werkwoorden haben/sein/werden,
de zwakke werkwoorden en de sterke werkwoorden maakt.
Alleen de modale werkwoorden ontbreken nog en die leer je hier.

Probleme?
Vind je de oefeningen lastig of weet je niet meer hoe je de werkwoordsvormen moet maken?
Herhaal dan eerst deze grammatica voordat je met de nieuwe grammatica verder gaat.

Zwakke werkwoorden - Onvoltooid verleden tijd

Sterke werkwoorden - Onvoltooid verleden tijd

Haben, sein und werden - Onvoltooid verleden tijd

Theorie
In dit thema leer je hoe je de verleden tijd van de modale werkwoorden maakt.
Dit is makkelijker dan bij de sterke werkwoorden en lijkt op de manier die je bij de zwakke werkwoorden hebt geleerd!
Het gaat om de werkwoorden:
müssen, können, dürfen, mögen, wollen, sollen, wissen.

Lees eerst de theorie en maak daarna de opdrachten op de volgende pagina.

Modale werkwoorden - Onvoltooid verleden tijd