Tabel 45A geeft dus van verschillende zouten aan of deze goed, matig of slecht oplosbaar zijn. Hiervoor heb je kunnen lezen dat 'goed oplosbaar' betekent dat je honderden grammen van dat zout kunt oplossen in 1 liter water. Maar hoeveel precies staat er niet bij, dat kun je dus niet halen uit Binas tabel 45A. Wil je wel precies weten hoeveel gram je kunt oplossen in liter (= 1kg) water, dan maken we bijvoorbeeld gebruik van tabel 45B. Hierin staat de oplosbaarheid van een aantal zouten netjes weergegeven. De waarden in deze tabel geeft dus aan hoeveel je maximaal kunt oplossen in 1 kg (=1L) water van 298K =(25oC). Meer kun je niet oplossen, alles wat je nog extra toevoegd blijft op de bodem liggen (neerslag). De oplossing is dan verzadigd.
De oplosbaarheid wordt bepaald door het oplosmiddel en de temperatuur. In het oplosmidel wasbenzine is de oplosbaarheid anders dan in water. Water met een lagere temperatuur dan 25oC maakt dat zouten minder goed oplossen en dus neemt de oplosbaarheid af. In warmer water lost juist meer op en neemt de oplosbaarheid dus toe.
voorbeeld:
Hoveel gram zilvernitraat kun je maximaal oplossen in 375mL water (298K)?
De oplosbaarheid van het zout zilvernitraat is 2,34·103 g/kg water. Dat betekent dat je in 1 kilogram water van 25 graden Celcius maximaal 2340 gram zilvernitraat kunt oplossen.
massa (g) zout |
volume (mL) water |
|
2,34·103 |
1000 (=1L) |
gehaald uit T45B |
x |
375 |
wat je gaat berekenen |
De gegevens zet je onder elkaar om vervolgens kruislings te vermenigvuldigen.
massa zilvernitraat in 375mL =
m (AgNO3) = 878 g