Feedback geven
Feedback kun je geven en ontvangen, gedurende je opleiding zul je veel met geven en ontvangen van feedback te maken krijgen. Het is daarom goed dat je iets weet over de regels rondom feedback.
Voordat je feedback gaat geven, is het goed om te bedenken of het werkelijk om feedback gaat. Met welke bedoeling geef je het? Zou de ander jouw feedback kunnen gebruiken om zijn of haar werkwijze of houding te verbeteren? Als het antwoord daarop ‘ja’ is, dien je toestemming te vragen om jouw feedback te geven.
Een gewaardeerde manier om feedback te geven is door middel van de 4 G’s: beschrijf eerst het gedrag dat je observeert, vervolgens het gevolg dat dit gedrag heeft, het gevoel dat het bij je oproept en vervolgens het gewenste gedrag van de ander.
Vergeet niet dat het om een dialoog gaat. Geef na de 4 G’s je gesprekspartner de kans om te reageren. Wat vindt hij of zij van je feedback? Als je merkt dat de ander in de verdediging schiet, vertel je rustig dat dat niet nodig is. Je valt hem of haar immers niet aan, maar geeft opbouwende kritiek.
Behalve voor het geven van feedback, bestaan er ook regels van feedback ontvangen ervan. Alleen op deze manier heeft feedback de maximale effectiviteit. Er zijn in feite maar twee basisregels:
Uit deze basisregels vloeien vanzelf de richtlijnen die je in allerlei artikelen en boeken kunt vinden: luister aandachtig naar je gesprekspartner, vraag om uitleg, bedank hem of haar voor het commentaar, denk er goed over na en doe vervolgens iets met de feedback.
Methode van de 4 G’s
1 Benoem het Gedrag
Mark: “Ik zie dat bepaalde projecten niet op tijd af zijn.”
2 Benoem het Gevoel dat dit jou geeft
Mark: “Omdat we naar mijn idee vaak hebben gesproken over de status van de projecten krijg ik het gevoel dat je mij niet serieus neemt. Dat maakt me onzeker.”
3 Geef het Gevolg aan voor jou
Mark: “Het gevolg is dat ik uit contact ga en weinig aandacht aan je besteed.”
4 Benoem het Gewenst gedrag
Mark: “Ik zou graag willen dat je mij betrekt in de stappen van je projecten zodat ik weet waar je mee bezig bent.”
Feedback voor jezelf
Je hebt geoefend met het geven en ontvangen van feedback.
• Geef jezelf positieve feedback over hoe je de opdrachten van dit thema hebt aangepakt.
• Geef jezelf negatieve feedback over hoe je de opdrachten van dit thema hebt aangepakt.