Project B: Listening

Cartoon 1 - Cell phone reunion

What year approximately was the largest phone in this cartoon produced/used? You will hear this in the cartoon.
Watch the cartoon. Enjoy the cartoon.
In welk jaar werd ongeveer de grootste telefoon in deze cartoon geproduceerd / gebruikt? Je zult dit horen in de cartoon.

 

Now answer the question.
Beantwoord nu de vraag.


Cartoon 2 - Mobile phone addiction

Watch the cartoon. Enjoy the cartoon.
Kijk naar de cartoon. Geniet van de cartoon.

You saw a kind of survey in the cartoon. What were the answers?
Je zag een soort interview in de cartoon. Wat waren de antwoorden?
Now fill in this survey for yourself.
Vul nu onderstaande vragenlijst in voor jezelf.

  1. I feel uncomfortable when I'm not holding my cell phone. yes/no
  2. I often mistake another's ringtone for mine. yes/no
  3. It is more convenient to send a text message than to make a phone call. yes/no
  4. I always take my cell phone into the bathroom. yes/no
  5. I always take my cell phone into the bedroom. yes/no

Heb je drie of meer vragen met 'yes' beantwoord?

Heb je een of twee vragen met 'yes' beantwoord?

Het je geen vraag met 'yes' beantwoord?

Listening

Hoe vond jij deze opdracht gaan?
Geef bij elk onderdeel aan hoe jij vond dat het ging.

Onderdeel

Goed

Voldoende

Onvoldoende

Focus

Je kunt je volledig concentreren.

Je kunt  de hele opdracht aandachtig luisteren.

 

Je vindt het lastig om je volledig te concentreren.

Maar het grootste deel van de opdracht kun je aandachtig luisteren.

Je kunt je niet goed concentreren.

Je bent tijdens de opdracht snel afgeleid.

 

 

Begrip

Je kunt de tekst goed begrijpen. Vrijwel alle woorden heb je wel herkend.

Je begrijpt de vragen goed en kunt alle vragen beantwoorden.

Je kunt de tekst vrij goed begrijpen. De meeste woorden heb je ook wel herkend.

Je begrijpt de vragen goed en kunt de meeste vragen beantwoorden.

Doordat je veel woorden niet herkent, kun je de tekst niet goed begrijpen.

Je begrijpt de vragen niet heel goed. Daardoor kun je niet alle vragen goed beantwoorden.

Luisteren naar details.

Je kunt alle details uit de gesproken tekst begrijpen.

Alle specifieke informatie en details kun je in je gebruiken in je antwoorden.

Je kunt de meeste details uit de gesproken tekst begrijpen.  

De meeste specifieke informatie en details kun je in je gebruiken in je antwoorden.

Je begrijpt niet veel details uit de gesproken tekst.

Je kunt  specifieke informatie daardoor niet goed gebruiken in je antwoorden.