2.4.1- Werking van de alvleesklier

alvleesklier

Alvleesklier (pancreas)

De alvleesklier produceert 1,2 liter alvleeskliersap per dag. In dit sap zitten spijsverteringsenzymen die de dunne darm helpt suikers, eiwitten en vetten uit het voedsel te halen. Het pancreassap wordt via kleine buisjes afgevoerd die samenkomen tot één grote afvoerbuis en uitmondt in de twaalfvingerige darm. Deze plek die ongeveer 10 cm voorbij de sluitspier van de maag ligt wordt Papil van Vater genoemd.

De alvleesklier maakt ook de hormonen insuline en glucagon. Dit zijn de “Eilandjes van Langerhans”. Deze kliertjes geven hun hormonen af aan het bloed en houden de bloedsuikerspiegel in evenwicht. De alvleesklier is een langgerekte trosvormige klier. De alvleesklier ligt linksachter in de bovenbuik, vlak voor de wervelkolom.

De alvleesklier heeft een endocriene en exocriene functie. De endocriene functie heeft een belangrijke rol bij het regelen van de bloedsuikerspiegel. De exocriene functie bij de vertering van het voedsel.

Wanneer de alvleesklier niet goed werkt, is dit vaak direct merkbaar. De klachten zijn buikpijn, misselijkheid, braken en diarree. Omdat de spijsvertering verstoord is, worden belangrijke voedingsstoffen niet opgenomen door de dunne darm. Deze voedingsstoffen verlaten samen met de ontlasting (diarree) het lichaam. Dit leidt tot verzwakking en vermagering (Alvleeskliervereniging,2019).