Werkwijze

Hoe ga je aan de slag met de door jouw gekozen opdracht?

 

Als het goed is heb jij een keuze kunnen maken tussen de twee opdrachten. Hieronder volgt een uitgebreide uitleg bij de twee opdrachten.

 

Opdracht 1

Schrijf een dagboekfragment van ca. 500 woorden van een Nederlander die ten tijde van de Koude Oorlog heeft geleeft. 

1. Interview een persoon in jouw omgeving die de Koude Oorlog heeft meegemaakt. Denk hierbij aan je opa, oma, buurvrouw, buurman etc. Stel de persoon die je interviewt minimaal 5 vragen die gaan over het dagelijks leven tijdens de Koude Oorlog. Bij bronnen staan meerdere websites die tips geven over het afnemen van een interview.

2. Werk de interview uit. Dit kan in korte steekwoorden. Kies de onderwerpen, gebeurtenissen, gevoelens uit die jou kunnen helpen bij het schrijven van een dagboekfragement(en).

3. Bedenk voor jezelf of je 1 fragment wil gaan schrijven of meerdere. Bij meerdere fragmenten kun je over meerdere dagen schrijven en dus ook over meer gebeurtenissen en/of gevoelens.

4. Raadpleeg meerdere bronnen en kies 3 verschillende bronnen uit die jij wil gaan verwerken in jouw dagboekfragment(en).

5. Schrijf je dagboekfragment(en) uit in Word. Let goed op spelling en historische context.

6. Noteer onder aan je werk de bronnen die jij hebt gebruikt. 

7. Stuur het gemaakte werk op naar de desbetreffende docent. 

 

Opdracht 

Maak een vlog over het dagelijks leven van een Nederlander ten tijde van de Koude Oorlog. De vlog moet minimaal 4, maximaal 5 minuten duren. 

1. Interview een persoon in jouw omgeving die de Koude Oorlog heeft meegemaakt. Denk hierbij aan je opa, oma, buurvrouw, buurman etc. Stel de persoon die je interviewt minimaal 5 vragen die gaan over het dagelijks leven tijdens de Koude Oorlog. Bij bronnen staan meerdere websites die tips geven over het afnemen van een interview.

2. Werk de interview uit. Dit kan in korte steekwoorden. Kies de onderwerpen, gebeurtenissen, gevoelens uit die jou kunnen helpen bij je vlog.

3. Bekijk de websites bij bronnen die jouw tips kunnen geven over het maken van een vlog. 

4. Shrijf eerst een blauwdruk van je vlog. Wat wil je precies vertellen? Waar ga je het vertellen? Wat heb je hier voor nodig? Enzovoort. 

5. Film je vlog en vertel ook duidelijk in je vlog waar jij je informatie vandaan hebt gehaald. Denk aan het interview en de drie verschillende bronnen. 

6. Edit je vlog op je laptop of computer. 

7. Stuur de vlog op naar de desbetreffende docent.