Coördineren en netwerken

Thieme GPM thema 6

Netwerken:

Opdracht Netwerken:

Hoe begin je met netwerken?

Verken je eigen netwerk
Begin met rondkijken in je directe omgeving: familie, vrienden, (oud)klasgenoten, (oud)collega's, kennissen op sport of andere verenigingen.

 

Ondersteunende Opdrachten:

Netwerken: 1a,b 2a 3a,c 4c 5a 6a,b,c 8c

Sociale kaart: 9a,b,c

Collegiale consultatie: 10

Social media 10

Vergaderen: 11 12

 

Coördineren:

 

Opdracht Coördineren

Maak een plan hoe jij je collega’s wil aansturen tijdens een van de werkzaamheden (3 weken lang).

  1. Kies een taak op de werkvloer uit.
  1. Ga kennis vergaren wat de taak inhoudt.

    Verdeel de taken onder collega’s en leg uit waarom op deze manier.

  1. Waarom heb je bepaalde keuzes gemaakt?

    Beleidscyclus: onderdelen, stappen en betrokken actoren

     

     

     

    Ondersteunende Opdrachten:

     

    Coördinator 11a,b,c  12a,b,c,d 13

    Begeleiding stagiaire 17

    Soorten begeleiding 18

    Begeleidingsinstrumenten functioneren 19 20

    Introductie nieuwe medewerker 22 a,b

    Evaluatiegesprek 22c,d

    Praktijkopleider 23

    Begeleiding collega 24

    Begeleiding vrijwilliger 25

    Leiderschapsstijl 26,27,28,29,30

    Leiderschapsstijlentest

     

    Thema-opdrachten:   Personeelsgesprekken

                                             Netwerkdagboek

     

     

    Eventueel :

    Communicatie 1 2 3 4 5 6 7

    Externe communicatie 8

    Oudergesprek 9

    Plan van aanpak 14

    Incidenteel plan 15

 

Format BBL Multidisciplinair samenwerken