1.1.4 De kransslagaders

Kransslagaders (coroniaren) zijn kleine bloedvaten die aan de buitenkant van de hartspier lopen. De kransslagaders liggen als een soort krans er omheen en voeren zuurstofrijk bloed aan richting het hart. Er zijn 2 hoofdtakken die ontspringen aan de lichaamsslagaders (aorta): de linker en rechterkransslagader (linker coronair arterie en de rechter coronair arterie). Deze vertakken zich in steeds kleiner wordende vaten. De linkerkransslagader voedt vooral de linkerhelft van het hart, de rechterkransslagader de rechterhelft en de onderzijde van de linkerhelft van het hart. Beide kransslagaders vertakken zich in een groot aantal steeds kleinere slagaders, die uiteindelijk de hartspier induiken en uitmonden in haarvaten. In deze haarvaten worden zuurstof en afvalstoffen uitgewisseld.

De medische term voor een kransslagader is coronair arterie. De twee kransslagaders zijn de Linker Coronair Arterie en de Rechter Coronair Arterie, meestal afgekort tot LCA en RCA. Maar in feite zijn er drie hoofdtakken, want de linkerkransslagader splitst zich in tweeën. De twee takken heten de LAD of linker voorste dalende kransslagader (Left Anterior Descending), die aan de voorkant van het hart naar beneden loopt, en de RCX kransslagader, afkorting van Ramus circumflex, die een omcirkelende beweging maakt naar de achterkant van het hart.

Bron: https://www.hartwijzer.nl/kransslagaders
          https://www.simpto.nl/menselijk-lichaam/kransslagader/