4. Knetterproef

Blaas de ballon op en ga voor de spiegel staan. Wrijf nu met de ballon door je haar.
Zo maak je statische elektriciteit. Luister goed. Je hoort geknetter. Kijk eens goed naar je haar. Het plakt aan de ballon. Hoe kan dat?


uitleg:
Alles om je heen is opgebouwd uit kleine deeltjes. Je fiets, de voordeur en zelfs de lucht om je heen. Deze deeltjes zijn zó klein dat je ze niet eens kunt zien. Zelfs niet met een vergrootglas. Die deeltjes heten atomen.
Atomen bestaan uit nog kleinere deeltjes: protonen, neutronen en elektronen. Elke elektron heeft een negatieve lading (min) en elke proton heeft een positieve lading (plus). Net zo als een batterij. Op de ene kant staat een min. Op de andere kant een plus.
Als min en plus bij elkaar zijn, zijn ze neutraal. Dat betekent dat ze niet positief geladen zijn en ook niet negatief. Als ze uit elkaar gehaald worden, willen ze weer naar elkaar toe. Ze trekken elkaar aan.

Ook je haar en de ballon bestaan uit atomen. Als je met een ballon over je haar wrijft, schuif je wat negatief geladen elektronen van je haar af. Dat komt omdat ze aan de buitenkant van de atomen (deeltjes) zitten. De elektronen schuiven naar de ballon. Je hebt zelf statische elektriciteit gemaakt. Je kunt het niet zien, maar wel horen!
In de ballon zitten nu meer negatieve elektronen dan positieve protonen. De ballon is dus negatief geladen. In je haar zitten meer positieve protonen dan negatieve elektronen. Je haar is dus positief geladen.

Positieve en negatieve ladingen trekken elkaar aan. Ze willen neutraal worden. Dat
kan alleen als ze bij elkaar zijn. Je ziet dat je haar en de ballon elkaar aantrekken. Je haar plakt aan de ballon.