Trombose
In het bloed zitten stollingsfactoren. Dat is goed, want hierdoor sluit een wond snel en blijft niet bloeden. Bloed heeft ook antistollingsfactoren, die de stolling afremmen. Bij trombose is dit systeem niet goed in evenwicht. Bij trombose raakt een bloedvat verstopt door een bloedstolsel. Trombose kan zowel in de aders als slagaders ontstaan.
Oorzaken:
Ouderdom, pilgebruik, zwangerschap, roken,operaties onder narcose,lange tijd arm of been niet gebruiken (bijvoorbeeld door ziekte of gips),(erfelijke) afwijkingen in het stollingssysteem.
Soorten trombose en symptomen:
Je hebt aderen die aan de oppervlakte liggen en aderen die diep onder de spieren liggen. Tussen die aderen liggen verbindende aderen. Trombose ontstaat meestal in de diep gelegen aderen of in de verbindende aderen. Dat heet diep veneuze trombose (DVT).
-Trombosebeen en -arm
-Trombose in de aders van de benen komt het meeste voor. In de arm komt het minder vaak voor. Een trombosebeen voelt warm aan, is roodpaars van kleur en de huid is strak en glanzend. Lopen is pijnlijk. Bij een trombosearm zijn de hand en de arm gezwollen en de arm heeft geen kracht.
-Trombose in de hersenen
Schiet er een bloedpropje los dan spreek je van een embolie.
Behandeling:
Het gebruik van elastische kousen en toediening van antistollingsmiddelen.