Leerdoelen

Leerdoelen bij hoofdstuk 6. Werken met kwadratische verbanden

 

Leerdoel Beginnend Op weg Gevorderd Expert
Voorrangregels

Ik kan een eenvoudige samengestelde rekenopgave oplossen in de vorm van

6 + 2 x 3 =

Ik kan een samengestelde rekenopgave met meer dan 2 stappen oplossen

 

3 x ( 2 + 6 ) : 12 =

Ik kan een samengestelde rekenopgave oplossen met kwadraten en wortels

 

32 + : (2 + 3)

Ik kan een samengestelde rekenopgave oplossen met machten, wortels en negatieve getallen.

 

-3 x 4 + (-2)4 : -

Formule bij een regelmatige tabel Ik ken de vaste opbouw van een lineaire formule uit mijn hoofd opschrijven Ik kan in een tabel het begingetal aflezen en ik kan de regelmaat in een tabel aangeven met boogjes Ik kan de formule van een regelmatige tabel opschrijven. Ik gebruik hierbij de woorden begingetal en stapgrootte Ik kan de regelmaat van een tabel controleren en wanneer de tabel regelmatig is hierbij de formule opschrijven.
Lineair verband Ik begrijp wat een formule is met x en y. Ik kan bij een lineaire formule een tabel maken. Ik gebruik een tabel met minimaal 3 punten Ik kan bij een lineaire formule een tabel en een lijngrafiek tekenen in een assenstelsel. Ik kan een lineaire vergelijking oplossen door deze met grafieken te tekenen en af te lezen
Kwadratisch verband Ik herken een kwadratische formule aan het feit dat hier een kwadraat in zit. Ik kan bij een kwadratische formule een tabel maken. Ik gebruik een tabel met 7 punten.

Ik kan bij een kwadratische formule en een tabel een parabool tekenen in een assenstelsel.

Ik kan een lijngrafiek en een parabool in één assenstelsel tekenen.
Kwadratisch verband toepassen Ik kan bij een gegeven kwadratisch verband een berekening maken Ik kan in een parabool één of meerdere punten aflezen    
Lineaire vergelijking oplossen Ik herken een lineaire formule aan de vaste opbouw

Ik kan een eenvoudige balans oplossen in de vorm

 

37 = 3x + 7

Ik kan een vergelijking oplossen in de vorm

 

2x + 10 = 4x + 2 

Ik kan een vergelijking met negatieve getallen oplossen in de vorm

 

-5x + 10 = 3x -14

Niet-lineaire vergelijking oplossen Ik herken niet lineaire vergelijkingen aan hun vorm. Ik kan een inklemschema tekenen en begrijp dat bij inklemmen er minimaal 3 pogingen gevraagd worden Ik kan een eenvoudige niet-linaire vergelijking oplossen ket inklemmen (één antwoord vinden) Ik kan een complexe niet-linaire vergelijking oplossen met inklemmen (twee mogelijke antwoorden vinden)